Introductie hoofdstuk en tijdvak overgang van de Oudheid naar de Middeleeuwen
Clovis en Karel de Grote
Het hofstelsel: economisch
Het leenstelsel: bestuurlijk
Slide 2 - Slide
De Middeleeuwen
De tijd na het Romeinse Rijk (Oudheid) en vóór de Nieuwe Tijd.
Het ligt in het midden van die twee perioden: tussenperiode
Ongeveer tussen 500 en 1500
Vroege Middeleeuwen: 500-1000
Late Middeleeuwen: 1000-1500
Slide 3 - Slide
Onrustige tijden in Europa
500-800
Na de val van het West-Romeinse Rijk waren er veel oorlogen
Reizen was gevaarlijk en de meeste mensen leefden in dorpjes.
Grote steden, zoals Rome, waren er niet (meer)
Van landbouwstedelijke samenleving naar landbouw samenleving.
Slide 4 - Slide
Verdwenen
Grieks-Romeinse cultuur
Mensen de konden lezen en schrijven> alleen geestelijken
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Clovis
Clovis was de stichter van het Frankische Rijk
Hij werd de eerste koning van het rijk, Clovis I
Liet zich dopen > Christelijk
Zijn Rijk omvatte bijna heel Gallië
Slide 7 - Slide
Het Frankische Rijk
751-870
Het Frankische volk kreeg de macht over een groot deel van Europa.
De bekendste Frankische koning was Karel de Grote.
In het jaar 800 werd hij zelfs keizer van het Heilige Roomse Rijk
Slide 8 - Slide
De organisatie van de economie
Na vertrek van Romeinse soldaten zochten boeren bescherming
Ze zochten bescherming bij een rijke boer
In ruil voor bescherming gaven de boeren hun grond af
Machtige boer werd heer van een domein
Slide 9 - Slide
Het vroonhof was de boerderij (hoeve) van de heer. Hier woonde de heer als er geen gevaar was. De opbrengsten van zijn akkers werd in schuren opgeslagen. In woningen naast een vroonhof woonden de horige boeren in geval van gevaar, zoals oorlog.
Bij het vroonhof waren stallen voor de dieren en boomgaarden.
Slide 10 - Slide
Verandering
Geen handel meer
Mensen op het domein maken alles zelf
Geen geld meer gebruiken> ruilhandel
Slide 11 - Slide
Het domein: Landgoed van de heer
Bestond uit drie delen:
het vroonland, was het woongebied van de domeinheer zelf >opbrengst domeinheer
het hoeveland, woonden de andere boeren. Kleinere stukjes land, die elk door een boer en zijn gezin werden bewerkt. >opbrengst deel boeren deel domeinheer
Slide 12 - Slide
deel 3: de ‘woeste gronden’ (bossen, moerassen en rivieren). Die leverden hout, noten, wild en vis op.
>opbrengst voor de domeinheer
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
De boeren
Boeren zochten bescherming bij hun landheer. In ruil leverden zij hun grond in bij de heer.
De boeren waren horigen geworden. Een deel van de oogst was voor de heer.
Slide 15 - Slide
Economisch systeem = Hofstelsel
Het hofstelsel, waar de horigen in ruil voor bescherming:
werkten op stukjes land die ook eigendom van de heer waren
een deel van hun opbrengst moesten afstaan aan de heer (de pacht)
Het domein niet mochten verlaten zonder toestemming van de heer
herendiensten verrichtten (allerlei klussen op het land of de hoeve van de heer).