Thema 4 Ordening

Thema 4 ordening
1 / 34
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Thema 4 ordening

Slide 1 - Slide

Lesplanning
  • opfrissen van kennis van 4.1 t/m 4.6
  • kennisquiz / herhaling van een deel van de stof
  • zelfstandig aan de slag met de online opdrachten
Leerdoel: blijven herhalen van de stof totdat je het onthoudt!!

Slide 2 - Slide


Bacteriën hebben ...
A
Celkern, celwand & celmembraan
B
Vacuole, celwand & bladgroenkorrels
C
Celkern & celwand
D
Celwand & celmembraan

Slide 3 - Quiz

4 Rijken

Slide 4 - Slide

Welke groep is groter? Een stam of een klasse?
A
stam
B
klasse
C
even groot
D
soms stam, soms klasse

Slide 5 - Quiz

Ordening

Slide 6 - Slide

Dezelfde soort?

Slide 7 - Slide

Een soort levert vruchtbare nakomelingen

Slide 8 - Slide

hoe plant een bacterie zich voort?
A
door deling
B
door geslachtelijke voortplanting
C
met sporen
D
door meiose

Slide 9 - Quiz

bacterien
  • voortplanting door deling
  • eencellig
  • celwand
  • cytoplasma
  • geen celkern

Slide 10 - Slide

1 bacterie plant zich elk half uur voort.
We starten met 1 bacterie. Hoeveel zijn er na 90 min?
A
3 x 30 = 90 dus 3
B
1 x 90 = 90
C
1 x 2 = 2 2 x 2 = 4 4 x 2 = 8
D
90 : 2 = 45

Slide 11 - Quiz

Delende bacterien
30 min. 
30 min.

Slide 12 - Slide

Stel ik begin met 1 bacterie. Deze deelt zich elke 30 minuten. Hoeveel heb ik er dan na 120 minuten?
A
6
B
8
C
16
D
32

Slide 13 - Quiz

Waarom zijn bacteriën nuttig?
Biotechnologie
- Maken van voedingsmiddelen
- Maken van medicijnen

Het opruimen van dode organismen

Slide 14 - Slide

Waarom zijn bacteriën schadelijk?
Zij veroorzaken ziektes: 
Longontsteking, oorontsteking, blaasontsteking en cholera

Zij bederven voedsel

Slide 15 - Slide

Begrippen schimmel

celwanden 

celkern

geen bladgroenkorrels

eencellig / veelcellig

schimmeldraden.

Slide 16 - Slide

Hoe plant een eencellige schimmel zich voort?
A
Door deling
B
Door eieren
C
Door sporen
D
Door zaad

Slide 17 - Quiz

Welke bewering over mossen is juist?
A
Mossen hebben sporendoosjes
B
Mossen hebben sporenhoopjes
C
Mossen hebben zaden in bloemen
D
Mossen hebben zaden in kegels

Slide 18 - Quiz

Planten
Het plantenrijk wordt ingedeeld in 4 stammen:
- mossen
- paardenstaarten
- varens
- zaadplanten

Slide 19 - Slide

Welke klasse heeft bloemen?
A
Bedektzadigen
B
Naaktzadigen

Slide 20 - Quiz

naaktzadigen
kegels en dennenappels

Slide 21 - Slide

In welke van onderstaande stammen zijn de dieren niet-symmetrisch
A
Stekelhuidigen & neteldieren
B
Sponzen & eencelligen
C
Gewervelden & Geleedpotigen
D
Insecten & Weekdieren

Slide 22 - Quiz

Stammen dieren

Slide 23 - Slide

Hoeveel poten heeft een spinachtige?
A
6 poten
B
8 poten
C
10 tot 14 poten

Slide 24 - Quiz

geleedpotigen

Slide 25 - Slide

Welke kenmerken heeft een reptiel?
A
levendbarend
B
eieren met kalkschaal
C
constante lichaamstemperatuur
D
koudbloedig

Slide 26 - Quiz

Je ziet hier van het dierenrijk een...
A
Amfibie
B
Vis
C
Vogel
D
Reptiel

Slide 27 - Quiz

Een pinguïn is een.......
A
Zoogdier
B
vogel
C
vissoort
D
reptiel

Slide 28 - Quiz

gewervelden

Slide 29 - Slide

de groepen van deze soort noteer je zo:
rijk: dieren
A
Stam: geleedpotigen, Klasse: zoogdieren
B
Stam: gewervelden, Klasse: amfibieën
C
Stam: geleedpotigen, Klasse: amfibieën
D
Stam: gewervelden, Klasse: zoogdieren

Slide 30 - Quiz

Determineren met een determinatietabel

Slide 31 - Slide

Determineren opschrijven
1a planten, 4a, 5b zaadplanten

Slide 32 - Slide

Determineren met een determinatietabel

Slide 33 - Slide

Aan de slag
Ga naar de online methode van BVJ
Maak de opdrachten van 4.1 t/m 4.5.
Maak ze met je boek. Elke goed beantwoorde vraag levert bonuspunten op bij PTA Thema 4.

timer
10:00

Slide 34 - Slide