Ablativus absolutus

Ablativus absolutus
oefening C blz.21
1 / 10
next
Slide 1: Slide
LatijnMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Ablativus absolutus
oefening C blz.21

Slide 1 - Slide

Ablativus absolutus
  • Naamwoord en participium in de ablativus
  • Je maakt er een bijwoordelijke bijzin van
  • Voegwoorden toen, terwijl, nadat
                                     omdat
                                     hoewel
  • naamwoord wordt onderwerp
  • participium wordt pers.vorm

Slide 2 - Slide

Kijk goed: 
of het een PPA (gelijktijdig en actief: terwijl/omdat/wanneer/hoewel……) 
of PPP (voortijdig en passief: nadat/toen/omdat…..) betreft. 

Slide 3 - Slide

Caesare occiso Brutus domum iit.
occiso is een:
A
PPA dus gelijktijdig met het hoodwerkwoord
B
PPP dus natijdig aan het hoofdwerkwoord

Slide 4 - Quiz

Vul aan: Brutus ging naar huis,
A
nadat Caesar hem vermoord had
B
nadat Caesar vermoord was
C
terwijl Caesar vermoord werd
D
terwijl hij Caesar vermoordde

Slide 5 - Quiz

2 Omnibus ridentibus - vir intravit.
ridentibus is een
A
PPA dus gelijktijdig ah hoofdwerkwoord
B
PPP dus voortijdig aan het hoofdwerkwoord

Slide 6 - Quiz

Maak af:
2 De man ging naar binnen,
A
Nadat allen lachten
B
Terwijl allen lachen
C
Terwijl allen lachten
D
Geen van allen is goed

Slide 7 - Quiz

3 De Romeinen waren blij,
Necatis Gallis (Gallus = Gallier)

Slide 8 - Open question

4 Vader ging weg,
me lacrimante (lacrimare= huilen)

Slide 9 - Open question

Vragen?
Nu naar Caesar paragraaf 14 blz.9
Jullie gaan r2-6 vertalen.
Dit is ook huiswerk voor maandag 11 maart!

Slide 10 - Slide