Blok 7 les 11? Het kind in de groep. Laatste paragraaf + toetsoefening.
PDO Het kind in de groep
Boek: Opvoeding en Ontwikkeling
1 / 15
next
Slide 1: Slide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 2
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
PDO Het kind in de groep
Boek: Opvoeding en Ontwikkeling
Slide 1 - Slide
Het kind in de groep
-terugblik op de vorige les
-doelen van deze les
-6.5 Emotionele ontwikkeling
-.voorbereiden op de toets
Wat gaan we behandelen?
Slide 2 - Slide
Wat is parallel spel?
A
Dat ze samen een spel hebben bedacht.
B
Dat ze spelen kinderachtig vinden.
C
Dat ze naast elkaar spelen, maar niet met elkaar.
D
Dat ze goed kunnen samenspelen.
Slide 3 - Quiz
Noem een voor- en nadeel van een peergroup.
Slide 4 - Open question
Waar zie je een voorbeeld van 'Manipulerend spel'?
Slide 5 - Drag question
6.5 Emotionele ontwikkeling
De sociale ontwikkeling hangt nauw samen met de emotionele ontwikkeling.
Bij emotionele ontwikkeling leert het kind emoties te herkennen bij zichzelf én anderen. Het leert grip te krijgen op de emoties en hier op in te spelen.
Slide 6 - Slide
Wat is jullie rol in het stimuleren van de emotionele ontwikkeling van leerlingen?
Slide 7 - Open question
6.5 Emotionele ontwikkeling
0 tot 1 jaar: Huilen, lachen en verlatingsangst
- Baby’s uiten zich door lichaamstaal te gebruiken
- Baby’s kennen twee basis-emoties: huilen en lachen
- 1 maand: baby lacht als iemand naar hem kijkt
-6 maanden: baby ontdekt dat hij veel meer kan, alleen
lukt dit niet altijd
Verlatingsangst: baby herkent verschil tussen bekenden en vreemden en huilt wanneer hij een vreemde ziet.
Slide 8 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
1 tot 2 jaar: de wereld ontdekken
-Dreumes is nieuwsgierig en wil de wereld ontdekken.
Ondertussen wil hij ook graag weten waar zijn ouders zijn.
-2 tot 4 jaar: een achtbaan van emoties
Peuters vallen van ene emotie in de andere emotie.
- 4 tot 6 jaar: ontwikkeling van een geweten
Kleuters leren wat goed en fout is en dat acties gevolgen
kunnen hebben voor anderen.
-Rond 6 jaar gebruiken kinderen leugentjes om bestwil.
Slide 9 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
Ga naar blz 188.
Eén van jullie krijgt de beurt om het stuk van 'Een geweten' voor te lezen.
Vraag: kun jij een situatie uit je BPV voor de geest halen waarin te zien was dat het geweten van een kleuter aan het ontwikkelen was?
Slide 10 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
6 tot 9 jaar: emoties onder controle
-Kinderen kunnen zich steeds beter in anderen verplaatsen.
Groter inlevingsvermogen. Angsten kunnen ontstaan
Vraag: was jij vroeger ergens bang voor? Weet je ook waar dit vandaan kwam?
Slide 11 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
9 tot 12 jaar: behoefte aan zelfstandigheid
Kinderen krijgen meer behoefte aan zelfstandigheid
Ruimte daarvoor geven is belangrijk.
Deze behoefte aan zelfstandigheid en de vriendschappen die steeds belangrijker worden zorgen soms voor emotionele instabiliteit.
In deze fase zie je beginselen van de puberteit.
Slide 12 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
12 tot 21 jaar: van verwarring naar stabiliteit
Zelfreflectie → kritisch nadenken over jezelf
- Gevoel van schaamte komt steeds meer voor
- Puberteit verwarrende tijd
- Onzekerheid
Aan het einde: zelfverzekerder, realistischer
en positiever zelfbeeld.
Vraag: hoe ervaren jullie zelf deze periode?
Slide 13 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
Opdracht in groepje ter voorbereiding van de toets.
-Jullie worden zo in 6 breakout rooms verdeeld. -Elke groep krijgt twee of drie paragrafen toegewezen.
-Elke groep bedenkt 5 toetsvragen met antwoorden over die paragrafen. -Je krijgt maximaal 7,5 minuut de tijd. -Klaar? Deel de vragen in het PDO kanaal. Zet alle vragen met antwoorden in één bericht.
timer
7:30
Slide 14 - Slide
6.5 Emotionele ontwikkeling
Tips om je toets te oefenen.
-Lees de hoofdstukken rustig door en kijk of je de tekst voor je kan zien op je stage of uit je eigen ervaring.
-Gebruik de vragen uit je werkboek ter voorbereiding op de toets.
-Gebruik de toetsvragen en antwoorden die gemaakt zijn in deze les.
-Maak een mindmap over alles wat je weet/leest over het LVS.
-Maak oefenkaartjes met op de ene kant een vraag en op de andere kant het antwoord.
-Ben je goed voorbereid? Vertrouw dan op jezelf! Jij kunt dit. Kijk of je je cijfer van de vorige toets kan overtreffen.