Herhaalles taal groep 4/5

• Nederlands
• Basisschool
• Groep 4,5

Taal

Blok 3 Hoofdstuk 5 Les 10

Welke zelfstandige naamwoorden zie je om je heen?

Wat is het zelfstandig naamwoord in de volgende zin?
De jongens lopen weg.

1. De
2. Weg
3. Lopen
4. jongens

Wat is het zelfstandig naamwoord in de volgende zin?
Mijn hond blaft boos.

1. Mijn
2. boos
3. hond
4. blaft

Wat is het zelfstandig naamwoord in de volgende zin?
Het huis is groen

1. Huis
2. Is
3. Het
4. Groen

Wat zijn de zelfstandig naamwoorden in de volgende zin?
De planten hebben water nodig.

1. Planten + hebben
2. Planten + water
3. Hebben + nodig
4. De + water

Wat zijn de zelfstandig naamwoorden in de volgende zin?
Eline voetbalt met de klas.

1. Eline + klas
2. Voetbalt + met
3. Eline + voetbalt
4. Met + de

Wat is het verkleinwoord van 'lamp'?

Wat is het verkleinwoord van 'kind'?

Wat is het verkleinwoord van 'big'?

Wie kan de goede combinaties maken?

Eieren

Pennen

Daken

Stiften

Schriften

Ei

Pen

Dak

Stift

Schrift

Wat is meervoud?

Wat is enkelvoud?

Noem zoveel mogelijk enkelvouden!

Noem zoveel mogelijk meervouden!

Wat zijn lidwoorden?