Mozes; de 10 geboden

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 1

Wat gaan we doen?

• Herhalen
• Mozes op de berg Sinai
• Het gouden kalf 
• De 10 geboden
• Kahoot

Herhalen

• Mozes in het rieten mandje
• Brandende braambos
• 10 plagen
• Uittocht uit Egypte
• Honger en dorst in de woestijn 

Mozes op de berg Sinai

• Na 3 maanden kwam het volk bij de berg Sinai
• Het volk had regels en wetten nodig
• God kondigde de 10 geboden aan
• De berg ging sidderen en roken, de mensen werden bang
• Mozes ging de berg op
• Mozes sprak 40 dagen met God
• God legde hem uit wat de regels en wetten zouden zijn
• De mensen vonden het te lang duren

Het gouden Kalf

• Het volk werd ongeduldig en eiste van Aaron dat hij hun een God zou geven die ze konden aanbidden
• Aaron verzamelde al het goud en smolt dit tot een gouden kalf.
• De mensen aanbaden dit gouden kalf en brachten het offers. Het was hun afgod geworden
• Toen Mozes terug kwam en de mensen en het gouden kalf zag werd hij zo boos dat hij de stenen tafelen met de 10 geboden erop kapot sloeg en het kalf verwoestte
• Mozes ging terug de berg op om God om vergeving te vragen. Hij kreeg nieuwe stenen tafelen met de geboden waar de mensen zich aan moesten houden 
• De 10 geboden, de regels, gelden nu nog steeds

Welke geboden ken je?

De 10 geboden

1. Ik ben de Heer uw God, gij zult geen andere Goden naast mij hebben.
   
2.  Gij zult de naam van de Heer, uw God, niet misbruiken, want de Heer zal niet ongestraft laten wie Zijn naam misbruikt.
3. Gedenkt de sabbatdag dat gij die heiligt (zondagsrust, eer de dag van God, bij ons de zondag)
4. Gij zult uw vader en uw moeder eren, opdat gij lang leeft in het land dat de Heer, uw God, u geeft.

De 10 geboden

5. Gij zult niet doden.

6. Gij zult geen overspel spelen.

7. Gij zult niet stelen.

8. Gij zult geen valse getuigenis spreken tegen uw naaste (niet liegen

9. Gij zult niet begeren uws naasten huis (niet jaloers zijn op het huis van een ander). 

10. Gij zult niet begeren uws naasten huisvrouw noch zijn knecht noch zijn dienstmaagd noch zijn os noch zijn ezel noch iets dat  van uw naaste is (niet jaloers zijn op iets wat van een ander is).

Welk gebod overtraden de mensen met het maken van het gouden kalf?

Kahoot!