Vraagwoorden A1
1 / 43
Lesson duration is: 50 minItems in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Wie is dit?
A
Abel.
B
De pen.
Slide 11 - Quiz
Wat ga je eten?
A
meneer Pierre.
B
De soep
Slide 12 - Quiz
Wie is blij vandaag?
A
Ik!
B
De tafel.
Slide 13 - Quiz
Wat ga je doen?
A
Voetballen.
B
9 uur.
Slide 14 - Quiz
Wie zit op de stoel?
A
De kast.
B
Anja.
Slide 15 - Quiz
_______ is moe?
A
Wie?
B
Wat?
Slide 16 - Quiz
_____ doe je?
A
Wie?
B
Wat?
Slide 17 - Quiz
_____ moeten we doen?
A
Wie?
B
Wat?
Slide 18 - Quiz
______ is boos?
A
Wie?
B
Wat?
Slide 19 - Quiz
_____ moet ik schrijven in mijn schrift?
A
Wie?
B
Wat?
Slide 20 - Quiz
_____ poetst de tafel?
A
Wie?
B
Wat?
Slide 21 - Quiz
Wie ___ ____?
Slide 22 - Mind map
Wat ___ ____?
Slide 23 - Mind map
Slide 24 - Slide
Wanneer ga je naar huis?
A
Nederland.
B
Omdat ik moe ben.
C
Om 8 uur.
Slide 25 - Quiz
Waar is het station?
A
Om 6 uur.
B
Hier, de eerste straat naar links.
C
Omdat hij ziek is.
Slide 26 - Quiz
Wanneer is de school klaar?
A
Omdat de juf boos is.
B
Om 3 uur.
C
Het station.
Slide 27 - Quiz
Waarom ben je moe?
A
Het ziekenhuis.
B
Omdat ik niet veel geslapen heb.
C
Maandag.
Slide 28 - Quiz
Waar ga je naartoe?
A
Naar huis.
B
Omdat ik honger heb.
C
Om 10 uur.
Slide 29 - Quiz
Wanneer is het weekend?
A
Overmorgen!
B
Omdat zij niet slapen.
C
Op school.
Slide 30 - Quiz
_________ ben je thuis? Om tien uur.
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 31 - Quiz
_________ is het station?
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 32 - Quiz
_________ is de juf boos? Omdat we spelen.
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 33 - Quiz
___________ is de school? In Breda!
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 34 - Quiz
___________ is het vakantie? Over veel weken!
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 35 - Quiz
___________ mogen we niet naar school? Door de staking.
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 36 - Quiz
___________ is juf Maril?
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 37 - Quiz
___________ hebben we de toets? Vrijdag!
A
Waar
B
Wanneer
C
Waarom
Slide 38 - Quiz
Waarom ____ ____?
Slide 39 - Mind map
Waar ____ ____?
Slide 40 - Mind map
Wanneer ____ _____?
Slide 41 - Mind map
Ik snap alles!
😒🙁😐🙂😃
Slide 42 - Poll
Hoe was de les?
😒🙁😐🙂😃
