Tweedimensionele kunst

Tweedimensionele kunst
1 / 20
next
Slide 1: Slide
KunstbeschouwingSecundair onderwijs

This lesson contains 20 slides, with text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Tweedimensionele kunst

Slide 1 - Slide

2. Schilderkunst 
  • Schilderkunst = een beeldende kunst waarbij lijnen en kleuren met verf aangebracht worden op een plat vlak. 
  • Schildertechniek = technische middelen en ambachtelijke methoden die gebruikt worden om een schilderij of muurschildering te maken 
  • Schilderstijl = geheel van uitdrukkingsvormen die de schilder in een bepaalde periode kenmerken. 

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Schildertechnieken op basis van materiaal 
  1. Fresco = muur als plafondschilderingen als eeuwenoude schildertechniek: muurschildering met verf op een natte kalklaag 
  2. Tempera = verf op basis van een mengsel van fijngemalen kleurstof en verdund eigeel
  3. Olieverf = droogt langzaam, kan lang aanpassingen gebeuren

Slide 4 - Slide

Fresco 
Italiaans voor 'vers'
= schilderen op vers aangebracht, nat pleisterwerk waardoor de pigmenten geabsorbeerd worden. 
Voordat de kalk wordt aangebracht, tekent de kunstenaar eerst met houtskool de afbeelding. 
Giornata = dagdeel omdat de ondergrond vochtig moet zijn, kan slechts een dagdeel geschilderd worden. 

Slide 5 - Slide

Romeins fresco uit de mysteriënvilla in Pompeï, vóór 79 n.C. 

Slide 6 - Slide

Etruskisch fresco uit de tombe van Orucs in Tarquinia (Italië), 4e eeuw v.C.

Slide 7 - Slide

Fresco ‘De Annunciatie’ van Piero della Francesca in de basiliek van Arezzo (Italië), tussen 1452 en 1466.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Tempura
Het mengsel van eigeel en pigmenten leverde een dunne, goed hechtende, maar vooral ook sneldrogende verf op. Dat maakte het schilderen met tempura best moeilijk. Het kon slechts in kleine porties gemaakt worden en verwerkt worden. Tempura was niet transparant! 

Slide 10 - Slide

Begrippen 
  • Iconen = zijn afbeeldingen van Christus, Maria of heiligen geschilderd op een houten paneel. Ze behoren tot de Oosters-orthodoxe godsdiensten. 
  • Iconografie = bestuderen en beschrijven van de inhoudelijke onderwerpen uit de  beeldende kunsten
  • Miniatuurkunst = versiering of boekverluchting in middeleeuwse manuscripten, die monniken met de hand overschreven en verfraaiden. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Miniatuurkunst 

Slide 13 - Slide

Laatste avondmaal Leonardo da Vinci (1519)

Slide 14 - Slide

Olieverf 
Jan Van Eyck was de eerste die overstapte van tempura naar olieverf. Hij bracht in zijn werk verschillende dunne, doorschijnende lagen aan waardoor er meer diepte en realisme gecreëerd werd = voordelen olieverf 
Hans Memling, Rogier van der Weyden volgden snel 

Slide 15 - Slide

Pentimento 
= de ondertekening = de schets of tekening die op de grondlaag van een schilderij werd aangebracht, leert ons veel over de intenties van de schilder en het proces dat bij het maken van het werk doorlopen wordt. 
De onderliggende schetsen zijn zichtbaar met infraroodfotografie. 

Slide 16 - Slide

Pentimento driekoningen drieluik Jan van Eyck

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Schildertechnieken op basis van werkwijze
  1. Alla prima 
  2. Dripping 
  3. Airbrush 
  4. Collage 

Slide 19 - Slide

3. Grafiek

Slide 20 - Slide