V1 Grammatica WS 6 Soorten werkwoorden & werkwoordelijk gezegde

WELKOM
3 Kader
Welkom
A1
1 / 34
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 34 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

WELKOM
3 Kader
Welkom
A1

Slide 1 - Slide

Vandaag
  1. Dagopening
  2. Nakijken §2 en §4 (zn bn)
  3. Grammatica §6 (zww en hww)
  4. Uitleg - zefstandig werken
  5.  Afsluiting en vooruitblik

Slide 2 - Slide

Wat is een voltooid deelwoord?
A
Heel werkwoord
B
Persoonsvorm
C
ge-be-her-ver-er-ont woorden
D
Werkwoordelijk gezegde

Slide 3 - Quiz

Wat is een werkwoordelijk gezegde?

Slide 4 - Slide

Wat is een werkwoordelijk gezegde?
Alle werkwoorden in een zin.

Slide 5 - Slide

Grammatica §6: soorten werkwoorden 

Doel: Je leert welke werkwoorden er zijn 
(ook nodig voor: herkennen 
werkwoordelijk gezegde)

Slide 6 - Slide

Zelfstandig werkwoord (zww)
  • Geven aan wat er in de zin gebeurt
  • Kan niet worden weggelaten
  • Er is altijd maar één zelfstandig werkwoord 
Voorbeeld: Hij heeft het boek aan mij gegeven.

Slide 7 - Slide

Hulpwerkwoord (hww)
  • Komen niet zelfstandig in de zin voor
  • 'Helpen' de zin in een bepaalde tijd te zetten
  • 'Helpen'  de zin in een bepaalde vorm te zetten 
  • Er kunnen meerdere hulpwerkwoorden in een zin voorkomen
Voorbeeld: Hij heeft het boek aan mij gegeven

Slide 8 - Slide

Zij gaat vanavond koken.
koken = ?
A
zww
B
hww

Slide 9 - Quiz

De fiets wordt gemaakt.
wordt =
A
zww
B
hww

Slide 10 - Quiz

De fiets wordt gemaakt.
gemaakt = ?
A
zww
B
hww

Slide 11 - Quiz

Wat voor soort werkwoord is
'is' in deze zin:
Jan is aan het zwemmen.
A
zww
B
hww

Slide 12 - Quiz

Ik ga morgen op vakantie.

welk ww is "ga"
A
zww
B
hww

Slide 13 - Quiz

Ik gaf een snoepje aan haar.
A
hww
B
zww

Slide 14 - Quiz

Ik ga morgen winkelen.

welk ww is "ga"
A
zww
B
hww

Slide 15 - Quiz

Zin: Jij zal harder moeten werken.
HULPWERKWOORD
ZELFSTANDIG WW
zal
moeten
werken

Slide 16 - Drag question

Zin: Ik heb deze week al twee keer pizza gegeten.
HULPWERKWOORD
ZELFSTANDIG WW
heb
gegeten

Slide 17 - Drag question

Zin: Ik mag morgen gaan winkelen.
HULPWERKWOORD
ZELFSTANDIG WW
mag
gaan
winkelen

Slide 18 - Drag question

Opdracht
Werk samen met je 'duomaatje'

Slide 19 - Slide

zww
hww

Slide 20 - Slide

hww
hebben, kunnen, mogen, moeten, willen, worden, zullen, zijn

(leer deze uit je hoofd! TOETSSTOF)

Slide 21 - Slide

Zelfstandig werken
Je maakt: Cursus 5 Grammatica 

WS: §6 ZWW of HWW
opdracht 1, 2, 3, 4, 5, 6 op blz. 214-215


Halverwege  bespreken we opdracht 1  en 2


timer
15:00

Slide 22 - Slide

Boek lezen

Slide 23 - Slide

Wat is het werkwoordelijk gezegde?

Slide 24 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde in de zin:

'Ik kan het werkwoordelijk gezegde benoemen'.
A
ik
B
kan
C
benoemen
D
kan benoemen

Slide 25 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?

Het huiswerk heb ik in mijn Plenda geschreven.

Slide 26 - Open question

Lezen
Lees aandachtig blz 88 voor jezelf. Hoe herken je het werkwoordelijk gezegde?

Slide 27 - Slide

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?

Alle leerlingen waren aan het springen.

Slide 28 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?
Ik moet nu mijn huiswerk gaan maken.

Slide 29 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?

Zou jij dat boek aan mij kunnen geven?

Slide 30 - Open question

Wat is het werkwoordelijk gezegde in deze zin?

Ik zal maar direct met de deur in huis vallen.

Slide 31 - Open question

Opdracht
Maak opdracht 6 en 7. Als je klaar bent, kun je gaan lezen in je leesboek

Slide 32 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les:
  • Huiswerk: maken opdr. 6 en 7(en 2) (p. 89) + leren theorie p. 86 en p. 88
  • Meenemen: LAPTOP, boek, leesboek, schrift, pen en plenda
  • Programma: grammatica 22

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide