This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
§3.1 De verovering van een groot rijk
Slide 2 - Slide
Leerdoelen paragraaf 3.1
Je kunt uitleggen:
- Hoe en wanneer de Romeinse republiek ontstaat en hoe het bestuur daarvan werkt
- Hoe het Romeinse Rijk uitgroeit tot een wereldrijk
- Wat de belangrijkste verschillen zijn tussen het bestuur van de Romeinse Republiek en het Romeinse Keizerrijk
Slide 3 - Slide
Welk rijk is het Romeinse?
A
B
C
D
Slide 4 - Quiz
De stichting van Rome (753 v.c.)
Slide 5 - Slide
Klassikaal
Stelling: De stad werd op een handige plek gesticht. Leg deze stelling uit met behulp van een kenmerk uit de bron.
Doe het zo: De stad Rome werd op een handige plek gesticht, omdat .... dit zie je in de bron terug aan .....
Slide 6 - Slide
De stad Rome werd op een handige plek gesticht, omdat .... dit zie je in de bron terug aan .....
Slide 7 - Mind map
De stichting van Rome
Aan een rivier (Tiber)
- Vruchtbare grond
- Handel
Op heuvels
- Goed verdedigbaar
Slide 8 - Slide
Het Romeinse rijk
Slide 9 - Slide
Wat is een Republiek?
A
Een land met een koning
B
Een land zonder vorst
C
Een land met een tiran
D
Een land met duidelijke grenzen
Slide 10 - Quiz
Van monarchie
naar republiek
In 509 v.C. jagen de Romeinen hun koning de stad uit
Ze maken van Rome nu eenrepubliek
In een republiek wordt het land bestuurd door gekozen leiders
Er is dus geen vorst meer die de macht heeft
Slide 11 - Slide
Bestuur van de
republiek
Rome wordt bestuurd groeprijke families:
Enkele honderden mannen daarvan vormen de senaat
Zij vergaderen over de Romeinse wetten
En geven advies aan deconsuls
Slide 12 - Slide
Bestuur van de
republiek
De consuls zijn demachtigste mannenin Rome
Er zijn altijd twee consulsen ze worden gekozen (door bevolking) voor één jaar
Ze leiden de senaat, stellenwetten voor en leiden hetleger
Zij mogen sommige wetten tegenhouden met het vetorecht
Slide 13 - Slide
Waarom zijn er twee consuls?
Slide 14 - Open question
Sleep de taken naar de juiste personen
Romeinse volk
Consul
Senaat
Geeft leiding aan het leger
Heeft vetorecht
Kiest consuls
Neemt wetten aan
Stelt wetten voor
Slide 15 - Drag question
Groei van het Romeinse Rijk
Beginnen in vanaf de 4e eeuw v.C. met veroveringen
272 v.C. Italië
260 v.C. Sicilië (Grieks)
264 v.C. Oorlogen met Carthago
Slide 16 - Slide
264 v.C.
146 v.C.
Slide 17 - Slide
Romeinse leger
Er waren verschillende redenen voor het succes van het Romeinse leger.
Reden 1:
Soldaten waren goed bewapend, getraind, georganiseerd en werden voldoende betaald.
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Video
Romeinse leger
Er waren verschillende redenen voor het succes van het Romeinse leger.
Reden 2:
Verslagen vijanden kregen de kans voor de Romeinen te vechten in ruil voor bescherming, mochten hun eigen cultuur/godsdienst behouden en konden burgerrecht krijgen.
Slide 20 - Slide
Legeraanvoerders werden steeds machtiger. Welke problemen kon dat opleveren?
Slide 21 - Open question
Zet de kenmerken bij de juiste persoon.
(Gebruik de leertekst op bladzijde 105)
Julius Caesar
Augustus
Dictator
Veroverd Frankrijk en België
Keizer
Pax Romana
Vermoord
Burgeroorlog
Slide 22 - Drag question
Augustus
Liet senaat bestaan, maar ze hadden weinig te zeggen