H1 en H2 woordsoorten: ww/ zn/ lw/ bn

Woordsoorten


H1 en H2



1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Woordsoorten


H1 en H2



Slide 1 - Slide

Hoe ziet de les er vandaag uit?
Onderwerp van deze les: oefenen met woordsoorten.

  • Kort herhalen: wat hebben jullie geleerd?
  • Uitleg oefening en oefening maken.
  • Nabespreken oefening.
  • Afsluiting.

Slide 2 - Slide

Woordsoorten (1)

Redekundig ontleden: zinsdelen benoemen. Wat is de functie?

Taalkundig ontleden: de woorden van een zin horen bij een soort -> woordsoorten. Voorbeelden?


Slide 3 - Slide

Woordsoorten (2)
Het woord dat zegt wat iets of iemand doet of overkomt:
werkwoord.

Vervoegen:
Lachen - lach / lacht / lachen / lachte / lachten / gelachen / lachend.




Slide 4 - Slide

Woordsoorten (3)
Het woord voor een mens, plant, dier, ding, gevoel of eigennaam: zelfstandig naamwoord.

Het  woord dat altijd bij het zelfstandig naamwoord hoort: lidwoord.


Slide 5 - Slide

Woordsoorten (4)
Het woord dat iets zegt over een zelfstandig naamwoord is een bijvoeglijk naamwoord




Slide 6 - Slide

Wie opent de meeste sloten.....?
  • Open de link.
  • Klik op een rood slotje.
  • Beantwoord je de vraag goed? klik op de sleutel en het slot gaat open!
  • Lukt het niet? probeer de volgende (terug via het pijltje linksboven). 

Slide 7 - Slide

Dus...

Slide 8 - Slide

Afsluiten
Hoeveel sloten heb je geopend? (top 3)
Welke zijn niet gelukt of vond je moeilijk?

En de woordsoorten die we vandaag hebben geoefend.....





Slide 10 - Slide

Maken H1 - opdr. 1, 3 en 5 

Tot morgen!



Slide 11 - Slide