102

Welkom bij natuurkunde
Pak je
spullen:
Dit lesuur:
  • Korte terugblik                (10 min)

  • Afmaken 1.1: Krachten tekenen
    - Schaal
    - Werklijn                             (15 min)
    - Aangrijpingspunt

  • Opdrachten 1.1 afmaken  (15 min)
Log in bij LessonUp en join de les
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij natuurkunde
Pak je
spullen:
Dit lesuur:
  • Korte terugblik                (10 min)

  • Afmaken 1.1: Krachten tekenen
    - Schaal
    - Werklijn                             (15 min)
    - Aangrijpingspunt

  • Opdrachten 1.1 afmaken  (15 min)
Log in bij LessonUp en join de les

Slide 1 - Slide

Opdracht 1 t/m 5 waren:
0 = heel erg makkelijk, 100 = heel erg moeilijk
0100

Slide 2 - Poll

Welke hoort er niet bij?

Een kracht kan je niet zien, wel de...
A
Vervorming
B
Versnelling
C
Arm van de kracht
D
Richting verandering

Slide 3 - Quiz

Welke eenheid hoort er bij kracht?
A
kilogram
B
Newton
C
Newton per kilogram
D
kilometer per uur

Slide 4 - Quiz

Een kracht kan je
niet zien, wel...

  • De vervorming 
  • De versnelling of vertraging 
  • De richtingsverandering 

... die een kracht veroorzaakt

Slide 5 - Slide

Zwaartekracht grijpt aan in het massamiddelpunt.

Dit hoeft niet perse het midden van het voorwerp te zijn!

Slide 6 - Slide

Zwaartekracht bereken je met:
Fz=mg
     is de zwaartekracht in newton (N)
m is de massa in kilogram (kg)
g is 9,81 in Newton per kilogram (N/kg)
Fz
mgFz

Slide 7 - Slide

Een grote fles frisdrank weegt ongeveer 1,5 kg.

Hoeveel zwaartekracht werkt er op zo'n fles?
A
15 N
B
0,15 N
C
1,5 N
D
14,72 N

Slide 8 - Quiz

Ab duwt met een kracht van 200 N op de plank. Aan de andere kant ligt een steen van 18 kg op de balk. 
Teken de spierkracht van Ab en de zwaartekracht op de steen op een schaal van 1 cm ≙ 50 N.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Hefboom
Met een hefboom veroorzaak je met spierkracht aan de lange kant 
                                                   een grotere werkkracht aan de korte kant.

Als de spierkracht aan de korte kant zit, dan wordt de werkkracht juist kleiner.

De afstand tussen het aangrijpingspunt van de kracht en het draaipunt heet de arm van de kracht.

Slide 13 - Slide

Opdracht 1 en 2

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Aan de slag
Maak 1.1 af
klaar?
Lees 1.2 
Begin met de opdrachten
timer
1:00

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Opdracht 6

Slide 20 - Slide

Opdracht 10

Slide 21 - Slide

Werken aan huiswerk
Huiswerk
klaar?
Lees 1.2 
Maak 14 en 15
timer
1:00
Maak 18 en 19

Slide 22 - Slide