Week 1- Keuzedeel Omgaan met onbegrepen gedrag bij mensen met dementie
Keuzedeel: Omgaan met onbegrepen gedrag
bij mensen met dementie
1 / 37
next
Slide 1: Slide
KeuzedeelMBOStudiejaar 2,3
This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.
Lesson duration is: 300 min
Items in this lesson
Keuzedeel: Omgaan met onbegrepen gedrag
bij mensen met dementie
Slide 1 - Slide
LessonUp
Vul hier de code in:
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
De student weet dementie te herkennen
De student herkent de gevolgen van dementie
De student kent de meest voorkomende vormen van dementie
De student heeft inzicht in het afrondende examen behorend bij dit keuzedeel
Slide 3 - Slide
Maandag 8 november
Slide 4 - Slide
Het Keuzedeel
Omgaan met onbegrepen gedrag bij mensen met dementie is complex. Het is dan ook een uitdaging om hier mee om te gaan.
Dit keuzedeel geeft jou handvatten, waardoor je beter in staat bent om te gaan met onbegrepen gedrag, interventies kunt toepassen die aansluiten bij de zorgvrager en bespreekbaar maakt met alle betrokkenen.
Slide 5 - Slide
Lesplanning
Kennismaking
Leerdoelen
Uitleg keuzedeel en afronding (examen)
Dementie
Opdrachten
Presentaties
Slide 6 - Slide
Kennis maken
Ga in duo's uit een en na 15 minuten vertel je over diegene die je heb gesproken:
Wie ben je? (naam, leeftijd, ect)
Welke opleiding volg je?
Wat wil je gaan doen na deze opleiding?
Waarom heb je gekozen voor dit keuzedeel?
Wat moeten/mogen wij van jou weten.
Slide 7 - Slide
Afronding met een examen
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Waar denk je aan bij het woord dementie?
Slide 12 - Mind map
Welke kennis heb je over dementie? 1=geen , 2=een beetje, 3=voldoende, 4=veel en 5=expert
Slide 13 - Poll
Ken je de wijze waarop interventies bij onbegrepen gedrag bij mensen met dementie worden vastgelegd in het zorgplan? 1=geen , 2=een beetje, 3=voldoende, 4=veel en 5=expert
Slide 14 - Poll
Ken je verschillende observatiemethodes om onbegrepen gedrag in kaart te brengen?
Slide 15 - Open question
Dementie
Verzamelnaam voor meer dan 50 ziekten, waarbij de hersenen informatie niet meer goed kunnen verwerken.
Verwerking van informatie in de hersenen raakt verstoord.
Beschadigingen in de hersenen verergeren waardoor steeds verdere achteruitgang in het functioneren.
De bekendste is de ziekte van Alzheimer.
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Verloop van dementie
Niet pluis
Diagnose
Leven met dementie en ondersteuning
Leven met dementie zorg
Stervensfase en nazorg
Slide 18 - Slide
Fases van dementie.
Werk in een viertal en maak een poster van een van de drie fases.
Vroege Fase
Midden Fase
Late Fase
Slide 19 - Slide
Fases van dementie (3)
Vroege fase
Dementie begint vaak met kleine veranderingen in het gedrag of functioneren. De diagnose dementie ligt daarbij vaak niet direct voor de hand. Verschijnselen worden vaak toegeschreven aan stress of ouderdom.
Herkenbare eerste tekenen zijn:
Dezelfde vraag of zin herhalen
Recente gebeurtenissen of gesprekken vergeten
Trager begrip van nieuwe dingen
De draad van een verhaal kwijtraken
In de war zijn
Minder vloeiend spreken
Moeite met beslissingen nemen
Weinig belangstelling voor andere mensen en activiteiten
Slide 20 - Slide
Middenfase
In de middenfase worden de veranderingen duidelijker en meer zichtbaar. De persoon met dementie wordt meer afhankelijk van anderen en heeft bijvoorbeeld hulp nodig bij dagelijkse dingen zoals eten, wassen, aankleden en toiletbezoek. Andere signalen hierbij zijn:
In de war zijn over tijd, plaats en datum
Weglopen en de weg kwijtraken
Moeite met het herkennen van mensen
Een verstoord dag- en nachtritme
Wantrouwen en achterdocht
Gevaarlijke situaties, zoals het gas openzetten zonder het aan te steken
Vreemd gedrag zoals in haar nachtjapon de straat op gaan
Waandenkbeelden en hallucinaties
Slide 21 - Slide
Late fase
De late fase van Alzheimer kenmerkt zich door volledige afhankelijkheid. Het geheugenverlies is groot. Daarnaast gaat iemand ook lichamelijk achteruit. Het lopen gaat moeizaam en schuifelend of lukt helemaal niet meer. Uiteindelijk wordt iemand bedlegerig en heeft hij of zij volledige verzorging nodig. Andere mogelijke kenmerken zijn:
Veel eten en toch veel gewicht verliezen
Moeite hebben met kauwen en slikken
Incontinentie
Spraakverlies, soms kent iemand nog een paar woorden die ze steeds herhaalt
Onrustig gedrag, schreeuwen of zoeken naar iets of iemand
Verdrietig of boos, zelfs agressief gedrag vertonen, vooral als iemand zich bedreigd voelt
Woede-uitbarstingen tijdens de lichamelijke verzorging, door onbegrip
Moeite met uiten
Slide 22 - Slide
Wie heeft er een praktijkvoorbeeld?
Slide 23 - Slide
Symptomen/signalen
Mensen met dementie hebben een combinatie van symptomen:
Geheugenstoornissen met één of meer cognitieve stoornissen:
Afasie: moeite om woorden te vinden en problemen om zich uit te drukken met taal
Apraxie: verminderd vermogen om motorische handelingen uit te voeren
Agnosie: onvermogen om objecten te herkennen
Stoornissen in uitvoerende functies : zoals rekenen, logisch nadenken, plannen
Gedragsproblemen
Slide 24 - Slide
Bekende signalen van dementie
Achterdochtig zijn (vroeger niet)
Bedorven voedsel in koelkast
Niet goed meer kunnen bedienen van apparaten, zoals koffiezetapparaat, wasmachine en tv
Er onverzorgd uitzien (vroeger niet)
Telkens vergeten welke dag het is
Telkens herhalen van dezelfde vragen of verhalen
Verdwalen op bekend terrein
Vergeten van afspraken (vroeger niet)
Voortdurend zoeken naar spullen (vroeger niet)
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Video
Slide 27 - Video
De 4 niveaus van de hersenen
Slide 28 - Slide
Opdracht dementie
Bij deze opdracht gaat het om inzicht te krijgen in verschillende vormen van dementie. Je gaat in duo's of /trio's een keuze maken uit één van onderstaande ziektebeelden van dementie. Deze ga je uitwerken en presenteren aan de rest van de klas. Je maakt een keuze uit één van onderstaande vormen van dementie:
Ziekte van Alzheimer
Vasculaire dementie
Fronto-temporale dementie
Lewy-body dementie
Parkinson dementie
Downsyndroom en dementie
Korsakov
timer
0:45
Slide 29 - Slide
Wat ga je presenteren:
- Symptomen
- kenmerken
- Verloop van de ziekte
- Welk gebied van de hersenen
- Oorzaak
-Extra informatie
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Slide
Welke vorm van dementie spreekt jou het meeste aan en waarom
Slide 32 - Open question
Maak een kwartet van je dementie
Slide 33 - Slide
Wat is gedrag
Slide 34 - Open question
Kitwood
Slide 35 - Slide
Huiswerk voor woensdag:
- Lees het stuk over het boven en onderbrein.
Slide 36 - Slide
Afsluiting: Hoe vond jij de lesdag in 1 woord of plaatje.