Domein 2 les 3

Wat is dit?
1 / 40
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat is dit?

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Deze les gaat over plattegronden en schaallijnen


Maak nu 3 opdrachten, daarna gaan we klassikaal verder in lessonup

- hoofdstuk 2.5 over plattegronden: opdrachten 3, 7 en 8


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Periode 3: Domein 2 
Twee- en driedimensionale wereld
Agenda

- Even inchecken :-)

- Korte herhaling les 2: oppervlakte en inhoud

- Korte uitleg les 3: plattegronden en schaal

- Werken in je licentie

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Hoe voel je je vandaag?

Slide 4 - Poll

This item has no instructions

korte herhaling vorige lessen
  • vierkant, driehoek en cirkel (vlakke figuren): omtrek en oppervlakte 
  • balk en cilinder (ruimtelijke figuren): oppervlakte en inhoud 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Oppervlakte cirkel = π x r²

Bereken de oppervlakte
van deze cirkel

A
1256 m²
B
5024 m²
C
197,19 m²
D
62,8 m²

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Hoe bereken je de oppervlakte van deze rechthoek?
A
9x3
B
9x3x9x3
C
9+3+9+3
D
9+3

Slide 7 - Quiz

Met alle sommen bereken je het goede antwoord!
Wat is de
totale oppervlakte
van deze balk?
A
24 m²
B
32 m²
C
52 m²
D
40 m²

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de
inhoud van deze balk?
A
Inhoud: 24 m3
B
Inhoud: 24 m3
C
Inhoud: 16 m3
D
Inhoud: 18 m3

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

De hoogte van een pringels doos is 25 cm, de oppervlakte van het grondvlak is 80 cm2.

Wat is de inhoud van de cilinder in liters?
A
2000 liter
B
2 liter
C
200 liter
D
20 liter

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Vandaag: 2.5 en 2.6
2.1 Vlakke en ruimtelijke figuren
2.2 Omtrek en oppervlakte
2.3 oppervlakte en ruimtelijke figuren 
2.4 Inhoud
2.5 Plattegronden
2.6 Schaal en schaallijnen 
2.7 Aanzichten en doorsneden
2.8 Bouwtekeningen en uitslagen
2.9 Rekenen met schaal
2.10 Referentiematen

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel vandaag
  • Je leert plattegronden en kaarten lezen
  • Je leert rekenen met schaal en schaallijn op een kaart


Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Plattegrond
  • Een plattegrond is een soort bovenaanzicht. 
  • Van steden, woningen, pretparken enzovoort. 
  • Op schaal getekend. 
  • Je kunt op plattegronden afstanden en afmetingen aflezen of berekenen.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Plattegrond
Kompasroos 



Coördinaten

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Plattegrond
Schaal

de verhouding  
tussen de afmetingen 
van de tekening 
en de 
werkelijke afmetingen

bijvoorbeeld
1: 50

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent de schaal rechts onderin?
(1: 60.000)
A
60.000 cm is 1 cm
B
1 cm is 60.000 km
C
1 cm is 60.000 cm
D
1 minuut reizen is 60.000 cm

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Rekenen met schaal
  • Een tekening op schaal 1 : 50 is een verkleinde weergave van de werkelijkheid. 
  • Alle maten zijn in werkelijkheid 50 keer zo groot. 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Rekenen met schaal.

Wat betekent schaal 1 : 100
A
1 cm in de tekening is in werkelijkheid 100 cm
B
100 cm in de tekening is in werkelijkheid 1 cm

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Rekenen met schaal
  • Schaal 1 : 100 
  • 1 cm in de tekening = 100 cm in werkelijkheid
  • rekenen met schaal: gebruik een verhoudingstabel

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

we gaan oefenen, pak een pen en kladpapier
schaal is 1: 12000
hoeveel is 6cm op de tekening in werkelijkheid?
maak een verhoudingstabel

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

schaal is 1: 12000
hoeveel is 6cm op de tekening in werkelijkheid?



Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Schaal 1 : 25
Tekening is 11 cm
Hoe groot is de werkelijkheid?
(maak een verhoudingstabel)

A
36 cm
B
25 cm
C
250 cm
D
275 cm

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Werkelijkheid is 9 m
De tekening is 3 cm
Wat is de schaal?
(maak een verhoudingstabel)

A
1 :90
B
1 :9000
C
1 :30
D
1 :300

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de schaal?
A
1 : 4
B
1 : 25
C
1 : 40
D
1 : 250

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wat is de schaal?
A
6 : 150
B
1 : 4
C
1 ,5 : 6
D
1 : 40

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Schaallijn
Met een schaallijn kun je 
de werkelijke afstand tussen 
twee punten bepalen. 



Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Welke schaal hoort er bij deze schaallijn?
De schaallijn staat in cm.
A
1:200
B
1:1200
C
1:20000
D
200:1200

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

De schaallijn is 2 cm lang.
Op welke schaal is de
kaart getekend?
A
1 : 75
B
1 : 150
C
1 : 750 000
D
1 : 1 500 000

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

De schaallijn is op de
kaart 2 cm. Op welke
schaal is de kaart
getekend?
A
1 : 150
B
1 : 15000000
C
1 : 300
D
1 : 30000000

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Welke schaal hoort bij deze schaallijn?
Het lijntje is 5 cm.

A
1 : 1000
B
1 : 10.000
C
1 : 100.000
D
1 : 1.000.000

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Nu zelf aan de slag met opdrachten. Hoeveel vertrouwen heb je met dit onderwerp?
A
Ik snap de lesstof een beetje, ga zelf aan de slag met de opdrachten
B
Ik wil graag extra uitleg bij het maken van de opdrachten
C
Ik ga verder met de instaptoets
D
Ik heb de instaptoets af: wil advies hoe nu verder

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Werken in je licentie
In les maken:
- hoofdstuk 2.5: opdrachten 3, 7 en 8
- hoofdstuk 2.6: opdrachten 1, 2, 4 t/m 11


Slide 33 - Slide

This item has no instructions

omtrek cirkel = π x diameter



Wat is de straal?
A
3
B
6

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

omtrek cirkel = π x diameter



Wat is de diameter?
A
3
B
6

Slide 35 - Quiz

This item has no instructions

omtrek cirkel = π x diameter



Bereken de omtrek van deze cirkel

A
314 cm
B
78,5 cm
C
15,7 cm
D
31,4 cm

Slide 36 - Quiz

This item has no instructions

Oppervlakte cirkel =
π x r²


Wat is de straal van deze cirkel?

A
4 cm
B
2 cm
C
1 cm

Slide 37 - Quiz

This item has no instructions

Oppervlakte cirkel =
π x r²

Wat is de oppervlakte van deze cirkel?

A
12,57 cm²
B
12,56 cm²
C
50, 27 cm²
D
3,14 cm²

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Nu zelf aan de slag met opdrachten. Hoeveel vertrouwen heb je met dit onderwerp?
A
Ik snap de lesstof, ga zelf aan de slag met de opdrachten
B
Ik snap het een beetje, ik ga zelf aan de slag met de opdrachten
C
Ik wil graag extra uitleg bij het maken van de opdrachten
D
Ik had meer dan 80% op de instaptoets

Slide 39 - Quiz

This item has no instructions

Ruimtelijke figuren
Ruimtelijke figuren zijn driedimensionaal. De piramide, de balk, de bol, de kubus, de cilinder en de kegel zijn voorbeelden van ruimtelijke figuren.

Slide 40 - Slide

This item has no instructions