H/V3 hoofdstuk 2 les 6

Hoofdstuk 2
Moleculen en atomen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 2
Moleculen en atomen

Slide 1 - Slide

Les 6
Doel : 
Je kunt reactievergelijkingen van verbrandingen kloppend maken en opstellen vanuit de omschrijving van een reactie.
Je snapt de term oxide.

Slide 2 - Slide

opbouw les
SO over 2.1, 2.2 en 2.4
Uitbreiding reactievergelijkingen kloppend maken
Wat heb je geleerd?

Slide 3 - Slide

Wat is niet nodig voor een verbranding?
A
zuurstof
B
vuur
C
brandbare stof
D
hoge temperatuur

Slide 4 - Quiz

Tijdens een verbranding:
reageert een brandbare stof met zuurstof

Slide 5 - Slide

Tijdens een verbranding:
reageert een brandbare stof met zuurstof

waarbij oxiden ontstaan

Slide 6 - Slide

Welk reactieschema van de verbranding van natrium klopt?
A
natrium + zuurstof --> natriumoxide
B
natrium + zuurstof --> natriumoxide + koolstofdioxide
C
natriumoxide --> natrium + zuurstof
D
natriumoxide + zuurstof --> natrium + warmte

Slide 7 - Quiz

Welke reactievergelijking van de verbranding van natrium klopt?
A
Na+O2Na2O
B
Na+O22Na2O
C
2Na+O2Na2O
D
4Na+O22Na2O

Slide 8 - Quiz

Als je iets verbrandt met
koolstof erin 
ontstaat koolstofdioxide

Slide 9 - Slide

Als je iets verbrandt met
waterstof erin 
ontstaat water

Slide 10 - Slide

Voorbeeld:
1CH4+2O21CO2+2H2O

Slide 11 - Slide

Welke reactievergelijking is juist voor de verbranding van propaan?

C3H8
A
1C3H8+1O21CO2+1H2O
B
1C3H83CO2+4H2O
C
1C3H8+5O23CO2+4H2O
D
1C3H8+3O23CO2+4H2O

Slide 12 - Quiz

Geef nu zelf de reactievergelijking van de volgende reacties: 
  1. de verbranding van ijzer, waarbij                  ontstaat
  2. de verbranding van suiker 
  3. de verbranding van fosfor, waarbij difosforpenta-oxide ontstaat
C12H22O11
Fe2O3

Slide 13 - Slide

Les 6
Doel : 
Je kunt reactievergelijkingen van verbrandingen kloppend maken en opstellen vanuit de omschrijving van een reactie.
Je snapt de term oxide.

Slide 14 - Slide