ecologie quiz klas 2

• Biologie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 2

Ecologiequiz

Beide soorten hebben voordeel van de symbiose

Eén soort heeft een voordeel en de ander heeft geen nadeel

Eén soort heeft een nadeel, en de ander heeft een voordeel

Commensalisme

Parasitisme

Mutualisme

Wat zijn abiotische factoren?

1. De invloeden afkomstig van de levende natuur
2. De invloeden afkomstig van de levenloze natuur
3. Alle relaties tussen organismen en hun milieu
4. A en B

Tussen populaties van verschillende soorten vindt vaak veel concurrentie plaats.

1. Juist
2. Onjuist

1. Commensalisme.
2. Mutualisme.
3. Parasitisme.

Waarom is een biobrandstof een koolstofdioxide-neutrale brandstof, en fossiele brandstof niet?

1. Biobrandstof is ontstaan uit producten van de fotosynthese en fossiele brandstof niet.
2. Biobrandstof levert bij verbranding geen koolstofdioxide op en fossiele brandstof wel.
3. Biobrandstof zorgt niet voor een extra hoeveelheid koolstofdioxide in de lucht en fossiele brandstof wel.

Wat is geen abiotische factor?

1. Licht
2. Warmte
3. Bodem
4. Voedsel

Wat zijn hier biotische factoren?

1. Regen en Ziektes
2. Voedsel en Ziektes
3. Regen en Voedsel
4. Alleen Ziektes

Bekijk beide afbeeldingen.

Tot welke cirkel behoort bamboe?

1. cirkel P
2. cirkel Q
3. cirkel R

Consument 3

Consument 1

Consument 2

Heterotroof

Autotroof

Producent

T3

T7

kringloop

voedselketen

voedselweb

Alle biotische factoren in een ecosysteem noem je de biotoop.

1. Juist
2. Onjuist

Kies de juiste pijlen om een voedselweb te maken

Hoeveel planteneters zijn er in dit voedselweb?

1. 2
2. 3
3. 5
4. 6

In een piramide van biomassa wordt de biomassa in elke volgende schakel groter.

1. juist
2. onjuist

In de afbeelding zijn enkele voedselrelaties schematisch weergegeven. Volgens Edsilia zijn de organismen in schakel 1 planten. Volgens Ronny kunnen de pakro’s vleeseters zijn. Wie heeft, of wie hebben gelijk?

1. Zowel Edsilia als Ronny
2. Alleen Edsilia
3. Alleen Ronny
4. Geen van beide heeft gelijk

Welk organisme in afbeelding 3 is een consument van de
tweede orde?

1. De paardenbloem.
2. De wezel.
3. Het konijn.

Leerlingen kijken wat er allemaal leeft in een zoetwaterplas en wie van wie leeft. In de afbeelding zijn enkele voedselrelaties schematisch weergegeven. Kikkervisjes eten alleen de organismen die in schakel 1 thuishoren.
Tot welke groep horen kikkervisjes?

1. Alleseters
2. Planteneters
3. Vleeseters

De 'piramide' hiernaast is een piramide van...

1. Aantallen
2. Biomassa / energie
3. Dat kan je niet zeggen
4. Zowel aantallen als biomassa

Welke piramide kan dit zijn?

1. Enkel piramide van aantallen
2. Enkel piramide van biomassa
3. kan zowel piramide van aantallen als biomassa zijn

Deze symbiose is...

1. Mutualisme
2. Parasitisme
3. Commensalisme

Symbiose is

1. Een voordeel van langdurig samenleven tussen soorten
2. Een nadeel van langdurig samenleven tussen soorten
3. het langdurig samenleven tussen organismen van verschillende soorten
4. het langdurig samenleven tussen organismen van dezelfde soort

Deze symbiose is...

1. Mutualisme
2. Parasitisme
3. Commensalisme
4. Geen symbiose maar predatie

Vervuiling

Aantasting

Uitputting