Zinsdelen H3 - opdr. 1 t/m 3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Grammatica

Zinsdelen

Wat gaan we vandaag doen?

Leerdoel: je weet hoe je op de juiste manier kan verwijzen naar antecedenten. 

- Terugblik

- Huiswerk bespreken

- Startopdracht maken

- Uitleg theorie

- Opdr. 1 t/m 3 maken

Wat is een onbepaald voornaamwoord?

Benoem het woord 'het' in de volgende zin: Het heeft gisteren gesneeuwd.

1. pers.vnw
2. aanw.vnw
3. onbep.vnw
4. betr.vnw

Benoem het woord 'je' in de volgende zin: Je bent morgen jarig.

1. onbep.vnw
2. pers.vnw
3. bez.vnw
4. aanw.vnw

Benoem het woord 'wat' in de volgende zin: Alles wat ik heb gedaan, is voor jou.

1. betr.vnw
2. pers.vnw
3. bez.vnw
4. onbep.vnw

Benoem het woord 'je' in de volgende zin: Problemen moet je uit de weg gaan.

1. betr. vnw
2. pers.vnw
3. bez.vnw
4. onbep.vnw

Wat is het verschil tussen een hoofdzin en een bijzin?

Is het deel achter de komma een hoofdzin of een bijzin? Wij willen morgen het eerste uur vrij, omdat we moe zijn.

1. hoofdzin
2. bijzin

Is het deel voor de komma een hoofdzin of een bijzin? Omdat mijn band lek is, ben ik te laat.

1. hoofdzin
2. bijzin

Huiswerk bespreken

Klassikaal: opdr. 1 t/m 3 Woordsoorten H2 (blz. 64-65)

Startopdracht maken

- Blz. 96

- In stilte (indvidueel)

- Paar minuten

- Daarna bespreken in tweetallen

- Vervolgens klassikaal bespreken

Opdr. 1 t/m 3 Grammatica zinsdelen H3 maken

- Blz. 97

- In tweetallen

- Rustig overleggen

- 5-10 min

- Daarna klassikaal bespreken

Wat heb je vandaag geleerd? Zou je extra uitleg willen over verwijswoorden?