Politiek|Paragraaf 4.1|MOR|Klas 2

• Maatschappelijke orientatie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Politiek

Politiek 

Paragraaf 2.1 Wat is dat?

Lesdoel(en)

Aan het einde van de les:

• Weet jij wat politiek inhoudt en kan je benoemen wie er binnen het politiek werken. 
• Kan jij benoemen wat democratie is en kan jij beargumenteren waarom Nederland een vrij land is.
• Weet jij wat rechten en plichten zijn en kan je een minimaal twee voorbeelden benoemen. 

Wat is politiek?

Politiek: het maken van keuzes en het nemen van besluiten. 

Bijvoorbeeld: 

•  Jij kan in een huis wonen
•  Er zijn genoeg wegen waardoor jij naar school of naar werk kan rijden

Wat is dan het doel van de politiek?

Alles in ons land, in jouw gemeente en in je provincie goed wordt geregeld.

Wie werken voor het politiek?

Er zijn verschillende mensen die werken binnen het politiek: 

• Politici: mensen die van politiek hun beroep hebben gemaakt.
• Ambtenaren: mensen die werken bij de gemeente, de provincie of het Rijk.
• Overheid: alle politici en ambtenaren samen. 

Democratie

Nederland is vrij land. De burgers kiezen de politici die de wetten maken. 

Democratie: een land waar de bevolking zelf de mensen kiest die de macht krijgen. 

Iedereen van 18 jaar en ouder en met een Nederlandse paspoort mag stemmen. 

Rechten en plichten

Rechten: belangrijke dingen die je mag doen. 

Bijvoorbeeld:

• Vrijheid van meningsuiting.
• Je eigen godsdienst kiezen.

Plichten: iets wat je moet. 

Bijvoorbeeld: 

• Naar school gaan tot minimaal 18 jaar.
• Je houden aan de wetten die de overheid maakt. 

Wie werken er binnen het politiek?

1. Ambtenaren, docenten en minister president
2. Ministers en directeuren
3. Ambtenaren, politici en docenten
4. Politici en ambtenaren

Wat is politiek?

1. Een vrije land
2. Keuzes maken en besluiten nemen over jouw talenten
3. Keuzes maken en het nemen van besluiten
4. Jij kan in een huis wonen

Democratie is............

1. een land waar de bevolking zelf de mensen kiest die de macht krijgen
2. een land waar de rijke mensen kiezen wie de baas wordt
3. belangrijke dingen dat je mag doen, bijvoorbeeld: stemmen
4. een persoon dat de baas is in een land

Waarom is Nederland een vrij land?

Wat zijn rechten en plichten? Geef twee voorbeelden van rechten of plichten