H2 - 1.2

Paragraaf 1.2 China
van kopiëren naar innoveren
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Paragraaf 1.2 China
van kopiëren naar innoveren

Slide 1 - Slide

Leerdoelen paragraaf 1.2
  • wat de rol is van de opendeurpolitiek in de opkomst van de Parelrivierdelta
  • waar de industrie in China is geconcentreerd
  • welke veranderingen er zijn in de economie van China


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

China in 1980: gesloten

  • alle macht bij de communistische partij
  •  alle bedrijven in handen van staat
  • geen vrijheid voor mensen
  • westerse cultuur verboden
  • bevolking: arm en afgesloten van de wereld

Slide 6 - Slide

China nu: open
  • nog steeds communistisch
  •  internationale bedrijven welkom (Apple, Microsoft)
  • veel Chinese (tech)bedrijven top van de wereld
  • westerse social media verboden (Whatsapp, Google)

Slide 7 - Slide

In 1980 verandering:

  • Shenzhen (vissersdorp) --> eerste speciale economische zone (sez) = gebied waar buitenlandse bedrijven zich vrij mogen vestigen en weinig belastig betalen.
  • Opendeurpolitiek = Succes! ---> Shenzhen groeit uit tot megastad (= > 12 milj. inw.)

Slide 8 - Slide

China = lagelonenland
  • aantrekkelijk voor arbeidsintensieve producten maken > schoenen, kleding, speelgoed... 

Slide 9 - Slide

China tegenwoordig
  • niet alleen eenvoudige producten voor export.
  • Snelgroeiende binnenlandse afzetmarkt (=aantal klanten dat producten wil kopen) --> verdienen meer geld > welvaart groeit.

Slide 10 - Slide

China = booming business
--> fabriek van de wereld

  • miljoenen arbeidsmigranten verhuisden van binnenland naar steden langs de kust --> werken in fabrieken.
    (werkomstandigheden slecht)

Slide 11 - Slide

van kopiëren naar innoveren

  • Hightechindustrie ontwikkelt eigen producten (verdient meer).
  • Weinig nog assemblage: in elkaar zetten van producten (verdient minder).
  • Laagbetaalde industrie? naar binnenland (of goedkopere landen).

Slide 12 - Slide

Globalisering
= doorgaande proces van internationale uitwisseling van mensen, goederen, geld en informatie (kennis en cultuur).

Slide 13 - Slide

Global Cities
= wereldstad
  • stad die mondiaal veel betekenis heeft (politiek, cultureel, economisch). Wonen veel hoogopgeleide, goedbetaalde mensen.
  • Bijvoorbeeld: New York, Londen, Parijs, Tokyo en Hongkong

Slide 14 - Slide

Multinationale onderneming (mno)

Slide 15 - Slide

Newly Industrializing Countries (NIC’s)
  • Opkomende landen waar industrie snel is opgekomen en belangrijk is voor de economie. 
  • exportgericht
  • grote buitenlandse investeringen
  • Bijv.: Zuid-Korea, Taiwan, Singapore en Hongkong (tijgerlanden)

Slide 16 - Slide

Maken...
Paragraaf 1.2 > opdracht 1, 2, 4 ,5 ,6, 9.

Slide 17 - Slide