Woordenboek

Zoeken in het woordenboek.
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Zoeken in het woordenboek.

Slide 1 - Slide

Aan het einde van deze LessonUp

- Weet je wat zoekwoorden zijn;
- Kun je zoekwoorden gebruiken om betekenissen van woorden vinden in een woordenboek.


Slide 2 - Slide

Wat kun je doen als je
een woord niet kent

Slide 3 - Mind map

Wat doe je als je een woord niet begrijpt......
Gebruik dan eerst de woordraadstrategieën:
- Staat er een synoniem in de tekst voor of achter het woord?
- Staat er een omschrijving van het woord?
- Staat er een voorbeeld van het woord?
- Staat er een tegenstelling van het woord?
- Ken je een deel van het woord?






Slide 4 - Slide

Hoe gebruik je een woordenboek?

Ga op zoek naar het zoekwoord.
Een zoekwoord is 
een vorm van het woord zoals het in het woordenboek staat.

Kijk naar het volgende filmpje, daar wordt het nog eens uitgelegd.



Slide 5 - Slide

Hoe gebruik je een woordenboek?

Ga op zoek naar het zoekwoord.
Een zoekwoord is 
een vorm van het woord zoals het in het woordenboek staat.

Kijk naar het volgende filmpje, daar wordt het nog eens uitgelegd.



Slide 6 - Slide

Wat is het trefwoord van
'veroorzaakt'?

Slide 7 - Open question

Ik ken het woord 'geraadpleegd' niet.
Welk woord zoek ik op in het woordenboek?

Slide 8 - Open question

Wat is het zoekwoord van adviezen?

Slide 9 - Open question

Wat is het trefwoord van experimentje?

Slide 10 - Open question

Samengestelde woorden
Een woord kan ook uit meerdere woorden bestaan.

bijvoorbeeld 

gezondheidsrisico bestaat uit gezondheid en risico.
Zoek dan het deel van het woord dat je moeilijk vindt.

Slide 11 - Slide

Ik ken het woord klimaatanalist niet.
Welk woord zoek ik op in het woordenboek?

Slide 12 - Open question

Aan de slag
In de volgende dia's gaan we aan de slag met het woordenboek. Klik op de afbeelding om deze groter te maken.
Wil je de afbeelding weer kleiner hebben?
 Klik dan op het kruisje linksonder.

Slide 13 - Slide

Welke twee betekenissen heeft het woord aanbidden?

Slide 14 - Open question

Aak, aambeeld en aambeien zijn zelfstandige naamwoorden. Waar kun je dat in het woordenboek aan zien?

Slide 15 - Open question

Kijk bij het werkwoord aaien. Tussen haakjes staat aaide, geaaid. Waarom staat dit tussen haakjes erachter?

Slide 16 - Open question

Ik weet wat zoekwoorden zijn.
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Aan de slag
Ga naar Learnbeat
-Maak de weektaak af voor a.s. dinsdag 20 december
-Leer de toets voor donderdag 22 december
-Leer uit je boek de theoriestukken
-Stel vragen

Slide 18 - Slide