Bijeenkomst 3 - Taal 2 - 2122 - Stellen 1

• Taal
• HBO
• Studiejaar 1

• Wat vind je  van de feedback die de leerkracht geeft?

Kijken tot +/- 4:20 min.

Functies van taal versus schrijven (Huizinga & Robbe, 2017)

communicatieve functie

conceptualiserende functie

expressieve functie

Bij het schrijven maak je iets duidelijk aan iemand anders. ​ Voorbeelden: artikelen, advertenties, folders etc. 

Taal gebruiken om te experimenteren, gevoelens te uiten. ​Voorbeelden: gedicht, literaire teksten.

Dingen voor jezelf verwoorden/schrijven schept duidelijkheid. ​Voorbeelden: studieboeken, schema’s, verslagen. 

- integratie taaldomeinen

Noteer twee verschillen tussen lees- en schrijfonderwijs

Noteer twee overeenkomsten tussen lees- en schrijfonderwijs

- integratie taaldomeinen

- begrijpend lezen & schrijven

Opdracht:

Je krijgt één van de taaldomeinen toegewezen. Bedenk een activiteit waarin dit taaldomein geïntegreerd voorkomt met het taaldomein 'stellen'.

Opdracht:

Wissel nu je bedachte activiteit uit met een andere groep. 

- stelonderwijs vormgeven

Opdracht: ​

- We maken zes groepjes. Ieder groepje krijgt een fase toebedeeld. ​

- Bespreek in je groepje wat de fase in het schrijfproces precies inhoudt. Probeer voorbeelden te geven.​

- Bekijk vervolgens de uitgedeelde methodeles. Hoe komt jullie fase in deze les terug? Wat zou je eventueel willen veranderen?​

- Ieder groepje presenteert de bevindingen aan de klas. 

Stageopdracht stellen

stelles

Inspireer elkaar!
Welke onderwerpen heb je opgeschreven?

Waar ga je extra op letten bij de stageopdracht stellen? Wat neem je mee uit deze bijeenkomst?