V1G 11/04

V1G - 11 april
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 10 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

V1G - 11 april

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen?
De laatste presentaties

Wie ben ik? Schrijfopdracht voor vervolgschool.

Lesdoel:
Je weet wat je kwaliteiten zijn en je leerdoelen.

Slide 2 - Slide

Wie ben ik?
Wat: Je gaat een introductie schrijven voor het mbo: wie ben ik? Dit komt in jouw mapje voor het mbo.
Hoe: Je vult het werkblad in, dit is jouw schrijfplan. Daarna schrijf je een eerste versie van jouw verhaal. Je geeft aan wie je bent (naam, geboortedatum, ...) wat jouw kwaliteiten zijn (minimaal 3) en je geeft aan wat je nog lastig vindt.
Hulp: Gebruik GEEN chatgpt, het is een persoonlijk product. 
Tijd: Tot het einde van de les.

Slide 3 - Slide

Inleiding: vertel iets over jezelf
In dit deel vertel je kort wie je bent en wat je doet. Dit is het begin van je verslag.

Wat moet je schrijven:
Je naam en geboortedatum.
Waar je geboren bent en waar je nu woont.
Wat je leuke dingen doet in je vrije tijd (hobby’s).
Waarom je voor het mbo hebt gekozen en wat je daar wilt leren.

Voorbeeld: "Hallo, mijn naam is [Naam]. Ik ben geboren op [geboortedatum] in [geboorteplaats]. Nu woon ik in [woonplaats]. In mijn vrije tijd hou ik van [hobby’s]. Ik heb gekozen voor het mbo omdat ik wil leren over [waarom je het mbo hebt gekozen]."

Slide 4 - Slide

Kwaliteiten: waar ben je goed in?
Vertel nu wat jij goed kunt. Dit zijn je sterke punten.

Wat moet je schrijven:
Schrijf drie dingen die jij goed kunt (bijvoorbeeld: hard werken, goed samenwerken, behulpzaam zijn).
Geef een klein voorbeeld van hoe je deze dingen doet.

Voorbeeld: "Ik ben hardwerkend. Als ik iets moet doen, probeer ik altijd mijn best te doen. Ik ben ook sociaal. Ik werk graag samen met anderen. Ik ben betrouwbaar. Als ik iets beloof, kom ik het altijd na."

Slide 5 - Slide

Executieve vaardigheden: hoe werk jij slim?
Executieve vaardigheden zijn dingen die jou helpen goed te werken, zoals plannen en flexibel zijn.

Wat moet je schrijven:
Kies drie vaardigheden die jij hebt. Bijvoorbeeld: goed plannen, flexibel zijn, of goed nadenken over wat je kunt verbeteren.
Leg uit hoe jij deze dingen doet.

Voorbeeld: "Ik ben zelfreflectief. Dit betekent dat ik nadenk over mijn werk en kijk hoe ik het beter kan doen. Ik ben flexibel. Als er iets verandert, pas ik me aan. Ik ben doelgericht. Ik stel doelen voor mezelf en werk hard om ze te bereiken."

Slide 6 - Slide

Leerdoelen: wat wil jij nog leren?
Hier vertel je wat je wil leren tijdens je mbo-opleiding.

Wat moet je schrijven:
Kies drie dingen die je wilt leren. Bijvoorbeeld: beter Nederlands leren, meer technische vaardigheden krijgen, of beter plannen.
Leg kort uit waarom je deze dingen wilt leren.

Voorbeeld: "Mijn eerste doel is om mijn Nederlands beter te leren. Ik wil beter kunnen praten en schrijven in het Nederlands. Mijn tweede doel is om beter te plannen. Ik wil mijn tijd beter indelen. Mijn derde doel is om meer te leren over computerprogramma’s voor mijn studie."

Slide 7 - Slide

Conclusie: eindig je verslag
In de conclusie maak je je verslag af. Je vertelt nog een keer waarom je gemotiveerd bent voor de opleiding.

Wat moet je schrijven:
Zet kort je kwaliteiten en doelen in één zin.
Eindig met een positieve boodschap.

Voorbeeld: "Ik ben gemotiveerd om mijn doelen te bereiken. Ik ben hardwerkend en sociaal en wil mijn Nederlands verbeteren en beter leren plannen."


Slide 8 - Slide

Dus...
  1. Inleiding: vertel kort over jezelf
  2. Noem drie kwaliteiten: waar ben jij goed in?
  3. Noem drie executieve vaardigheden: hoe leer jij slim?
  4. Noem drie leerdoelen: wat wil jij nog leren?
  5. Conclusie: herhaal kort jouw kwaliteiten en doelen, probeer dit in twee zinnen.

Slide 9 - Slide

Einde van de les
Lesdoel:
Je weet wat je kwaliteiten zijn en je leerdoelen.

Slide 10 - Slide