4M Taalverzorging H1

Welkom!
Meld je vast aan bij LessonUp
1 / 50
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!
Meld je vast aan bij LessonUp

Slide 1 - Slide

Programma
- Herhaling gisteren/nakijken huiswerk
- Uitleg: werkwoordspelling
- Oefenen
- Zelfstandig werken

Slide 2 - Slide

Nakijken huiswerk
Pak je opdrachten erbij

Slide 3 - Slide

Geen hoofdletter
Wel hoofdletter
zondag
boterbloem
coolcat
herfst
juni
newcastle
noordelijk
olifant
renault
russische
tessa

Slide 4 - Drag question

2.1 Jeroen ... fabriek?
Achter welk woord moet de komma?
A
Jeroen
B
nog
C
melden
D
over

Slide 5 - Quiz

2.2 In de ... te koop.
Achter welk woord moet de komma?
A
kiosk
B
de Volkskrant
C
het NRC
D
Trouw

Slide 6 - Quiz

2.3 We wisten ... journaal zagen.
Achter welk woord moet de komma?
A
hand
B
was
C
totdat
D
we

Slide 7 - Quiz

2.4 Hoewel Jiska ... papieren krant.
Achter welk woord moet de komma?
A
Hoewel
B
altijd
C
downloadt
D
kan

Slide 8 - Quiz

Kijk zelf opdracht 3 na:
1. ‘Weg met dat fototoestel!’ riep de acteur zondag naar de opdringerige fotograaf.
2. De gratis krant Metro vroeg wat jongeren graag anders zien in Amsterdam.
3. De fokker zei: ‘De meeste Duitse herders zijn slim, aanhankelijk en makkelijk te trainen.’
4. Lotje zeurde: ‘Papa en mama, wanneer mag ik nou een ijsje?’


 


Slide 9 - Slide

De uitwerking van opdracht 5 staat op Magister bij de Studiewijzer

Slide 10 - Slide

Uitleg: werkwoordspelling
- Persoonsvorm
- Importwerkwoorden
- Onvoltooid deelwoord
- Voltooid deelwoord
- Bijvoeglijk naamwoord

Slide 11 - Slide

Uitleg: persoonsvorm

- Kijk voor het schrijven van de persoonsvorm even mee op p. 201 van je boek. 

Slide 12 - Slide

Uitleg: persoonsvorm
Ezelsbruggetje: vervangen door 'lopen'

Terwijl hij de opdracht met een onvoldoende beoordeel[d/t], hoort hij dat de student beweer[d/t] geen fraude gepleegd te hebben.


Slide 13 - Slide

Uitleg: persoonsvorm

Terwijl hij de opdracht met een onvoldoende [loopt], hoort hij dat de student [loopt] geen fraude gepleegd te hebben.

Loopt met een t, dus beoordeelt en beweert ook met een t.

Slide 14 - Slide

Uitleg: importwerkwoorden
- Engelse werkwoorden die in het Nederlands gebruikt worden, vervoeg je alsof het Nederlandse werkwoorden zijn.
                  Ze relaxt, jij jogt etc.

Soms moet je een –e laten staan in verband met de uitspraak:
Ik breakdance, hij breakdancet (en niet: hij breakdanct)
In de verleden tijd kan je gewoon ‘t ex-fokschaap gebruiken.





Slide 15 - Slide

Uitleg: onvoltooid deelwoord
Onvoltooid deelwoord = als iets nog steeds bezig is

 

Je schrijft de infinitief + d: lachend kijkt ze in de camera, zittend maakt hij zijn huiswerk

Slide 16 - Slide

Uitleg: voltooid deelwoord
Voltooid deelwoord = als iets afgelopen is, meestal in combinatie met zijn of worden

Schrijf de vaste vorm: Hij heeft heel hard gelachen, zij heeft voor haar proefwerk geleerd

Laatste letter d of t? Gebruik ‘t ex-fokschaap.


Slide 17 - Slide

Uitleg: bijvoeglijk naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord = eigenschap van iets of iemand

Schrijf od of vd +e en zo kort mogelijk:
De geleerde woorden
De verbrande boeken
De lachende vrouw

Soms is klinkerverdubbeling wel nodig: De geredde hond


Slide 18 - Slide

Vul de juiste spelling van het werkwoord in!

Slide 19 - Slide

Als de politie op achterlichten ... (controleren), rijdt Willem altijd een blokje om.

Slide 20 - Open question

Wanneer je hard traint, ... (worden) je beter in je sport.

Slide 21 - Open question

Wat ... (gebeuren) er eigenlijk zoal in die oude loodsen?

Slide 22 - Open question

Niemand ... (geloven) de sterke verhalen (VT!)

Slide 23 - Open question

Sinds wanneer ... (racen) Max Verstappen in de Formule 1?

Slide 24 - Open question

De familie ... (barbecuen) in de tuin.

Slide 25 - Open question

Het ... (doden) everzwijn werd naar het restaurant gebracht.

Slide 26 - Open question

Volgens de leden van de club hebben de ... (verloten) prijzen nooit veel voorgesteld.

Slide 27 - Open question

Volgens de leden van de club hebben de ... (verloten) prijzen nooit veel voorgesteld.

Slide 28 - Open question

Zelfstandig werken

- Maken: 1 t/m 4 - p. 32
- Voor jezelf, in stilte.

- Je hebt hier 15 minuten de tijd voor. 

- Klaar? Zoek alvast een boek uit of lees in je boek. 

Slide 29 - Slide

Pauze

Slide 30 - Slide

Programma
- Nakijken opdrachten
- Uitleg: formuleren
- Oefenen
- Zelfstandig werken

Slide 31 - Slide

Nakijken opdrachten

- Kijk opdracht 1, 2 en 3 zelfstandig na. Opdracht 4 kijken we samen na.

- Je hebt hiervoor maximaal 10 minuten. 

- Eerder klaar? Geef alvast door welk boek je leest deze periode.

Slide 32 - Slide

4.1 Deze serie ... vertaald.

Slide 33 - Open question

4.2 Gisteren ... verkiezingen.

Slide 34 - Open question

4.3 Volgens ... eens.

Slide 35 - Open question

4.4 Na ... podium.

Slide 36 - Open question

4.5 Al ... benefietavond.

Slide 37 - Open question

4.6 De VN ... voertuigen.

Slide 38 - Open question

Uitleg: formuleren
- Het gebruik van lastige woorden

De werkwoorden kennen/kunnen en liggen/leggen worden vaak fout gebruikt. 

De werkwoorden hebben verschillende betekenissen. 


Slide 39 - Slide

Uitleg: formuleren

- Kennen: iets weten of geleerd hebben
- Kunnen: in staat zijn iets te doen
- Liggen: zich bevinden, rusten
- Leggen: iets ergens plaatsen

Slide 40 - Slide

Ik ... alle woordjes voor het tentamen.

Slide 41 - Open question

Het boek ... op tafel

Slide 42 - Open question

Hij ... zijn schoenen op z'n kamer.

Slide 43 - Open question

Ik ... heel goed voetballen

Slide 44 - Open question

Uitleg: formuleren
- Ook het werkwoord willen wordt vaak fout gebruikt

- Gebruik nooit wou of wouden!

- Juist is: ik wil, jij wilt, hij wil, wij willen...

Slide 45 - Slide

Samen oefenen
Vul de juiste werkwoordsvorm in

Slide 46 - Slide

Toen Ines hoorde dat ze een onvoldoende had, ... (liggen/leggen) Enes zijn hand op haar rug.

Slide 47 - Open question

Vroeger ... (kennen/kunnen) ik alle tafels uit mijn hoofd.

Slide 48 - Open question

Toen Emma snoep ... (willen), zei haar moeder dat ze dat niet mocht.

Slide 49 - Open question

Zelfstandig werken
Maak: opdracht 1 t/m 4 (p. 35)

Slide 50 - Slide