Oefentoets vragen thema 7 stevigheid en beweging

Oefentoets 
Thema 7
Stevigheid en beweging
1 / 23
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Oefentoets 
Thema 7
Stevigheid en beweging

Slide 1 - Slide

Bot 18

Slide 2 - Slide

Je ziet hiernaast het skelet van een mens. Geef de naam van nummer 18.
A
opperarmbeen
B
scheenbeen
C
sleutelbeen
D
dijbeen

Slide 3 - Quiz

Bot 25

Slide 4 - Slide

Je ziet hiernaast het skelet van een mens. Geef de naam van nummer 25.
A
opperarmbeen
B
scheenbeen
C
sleutelbeen
D
dijbeen

Slide 5 - Quiz

Bot 12

Slide 6 - Slide

Je ziet hiernaast het skelet van een mens. Geef de naam van nummer 12.
A
opperarmbeen
B
spaakbeen
C
sleutelbeen
D
ellepijp

Slide 7 - Quiz

Bot 13

Slide 8 - Slide

Je ziet hiernaast het skelet van een mens. Geef de naam van nummer 13.
A
opperarmbeen
B
spaakbeen
C
sleutelbeen
D
ellepijp

Slide 9 - Quiz

Kijk goed naar de afbeelding. Welk nummer stelt botcellen voor?
A
nr 1
B
nr 2
C
nr 3

Slide 10 - Quiz

De botten van baby's bestaan hoofdzakelijk uit ..
A
kalk
B
lijmstof

Slide 11 - Quiz

De botten van baby's zijn ..
A
bijna niet breekbaar
B
heel makkelijk breekbaar

Slide 12 - Quiz

De botten van bejaarden bestaan hoofdzakelijk uit ..
A
kalk
B
lijmstof

Slide 13 - Quiz

De botten van bejaarden zijn ..
A
bijna niet breekbaar
B
heel makkelijk breekbaar

Slide 14 - Quiz

Je ziet hier een afbeelding van een schedel van een mens. Nummer 6 is..
A
voorhoofdsbeen
B
bovenkaak
C
onderkaak
D
neusbot

Slide 15 - Quiz

In dit skelet van een babyhoofd zie je 3 delen in de schedel, omlijnd door "witte lijnen" .
In een volwassen schedel is dit weg en een complete schedel geworden. Hoe de verbinding waardoor de schedeldelen aan elkaar zitten?
A
naadverbinding
B
vergroeiïng
C
gewricht

Slide 16 - Quiz

Je ziet hier een gewricht. Nummer 3 is..
A
bot
B
beenweefsel
C
kraakbeen
D
gewrichtssmeer

Slide 17 - Quiz

Als je een beweging maakt, heb je altijd ten minste 2 spieren nodig. Hoe heet het mechanisme om met 2 spieren een beweging te kunnen maken?
A
tegengestelde beweging
B
antagonisme
C
gonistische beweging
D
samenwerkign

Slide 18 - Quiz

Een spier zit aan het bot vast met..
A
de spierbuik
B
de pezen
C
de spiervezels
D
het spiervlies

Slide 19 - Quiz

Je ziet hier een beetje een ongelukkig persoon, zijn schouder is erg pijnlijk. Er is sprake van een
A
gebroken schouder
B
een ontwrichtte schouder

Slide 20 - Quiz

Kijk goed naar de röntgenfoto. Deze enkel ziet er niet goed uit. Wat is er aan de hand?
A
de enkel is ontwricht
B
de enkel is op 1 plaats gebroken
C
de enkel is op 2 plaatsen gebroken
D
de enkel is gekneusd

Slide 21 - Quiz

Als je een blessure op loopt moet deze behandeld worden. Wat is de eerste stap die gedaan moet worden bij een blessure en waarom.
A
de gevoelige plek moet je verbinden, dit geeft steun
B
de gevoelige plek moet je koelen, dit voorkomt zwelling
C
de gevoelige plek moet je verbinden, dit voorkomt zwelling
D
de gevoelige plek moet je goed masseren, dit voorkomt verdere pijn

Slide 22 - Quiz

Diagnostische toets maken
Om te oefenen voor de biologie toets van volgende week donderdag, ga je de diagnostische toets maken. 
Als je deze maakt en nakijkt kun je checken wat jij al weet of nog extra moet oefenen. 

De diagnostische toets staat in je handboek vanaf 105 &
werkboek vanaf blz. 130. 


Slide 23 - Slide