Metonymie havo 3

Neem nog een glaasje!
Metonymie
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3,4

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Neem nog een glaasje!
Metonymie

Slide 1 - Slide

Metonymie (beeldspraak)
Metonymie is een vorm van beeldspraak waarbij je het niet hebt over overeenkomsten, zoals dat bijvoorbeeld bij de vergelijking het geval is (zo rood als een biet), of de metafoor (de koning van de jungle at vier gemsen en een zebra) maar er worden heel andere relaties aangehaald. Kijk op de volgende dia naar een aantal voorbeelden.

Slide 2 - Slide

Metonymie : het leggen van relaties
Deel voor geheel: Je telt de koppen (i.p.v. mensen)
Geheel voor een deel: Amsterdam won van Rotterdam (i.p.v. de voetballers)
Voorwerp voor inhoud: Neem nog een glaasje! (maar je drinkt de melk)
Maker/merk (producent) voor voorwerp: De nieuwe Betten is erg goed! (maar je bedoelt het bóek van Erik Betten)
Materiaal voor voorwerp: Erben Wennemars bindt de ijzers weer onder! (Niet het ijzer, maar de schaatsen - die vroeger van ijzer werden gemaakt.)
(Kijk op blz. 88 van je leerboek voor meer voorbeelden.)

Slide 3 - Slide

Nu jullie!
Noteer bij de zinnen die gaan komen:
 1. het woord of de woorden die als metoniem gebruikt worden.
2. Schrijf erbij wat het verband is tussen beeld en object.

Slide 4 - Slide

Ik heb een Apple, en jij?

(Noteer de woorden - en het verband.)

Slide 5 - Open question

Moskou reageert fel op de kritieken.

(Noteer de woorden - en het verband.)

Slide 6 - Open question

Kjeld Nuis won goud tijdens de Olympische Spelen.

(Noteer de woorden - en het verband.)

Slide 7 - Open question

Wat is de metonymie in de volgende zin: 'Even de koppen tellen', zei de docent
A
Even
B
de koppen
C
tellen
D
de docent

Slide 8 - Quiz

metafoor of metoniem?
Iemand een veilige haven bieden
A
metafoor
B
metoniem

Slide 9 - Quiz

Ik ben dol op Mozart.
A
Metafoor
B
Metonymie

Slide 10 - Quiz

Na afloop van de voorstelling klapte de zaal.
A
metafoor
B
metonymie

Slide 11 - Quiz

Hij verhuist naar een paradijs.
A
metafoor
B
metonymie

Slide 12 - Quiz

De klas mag gaan!

Slide 13 - Slide