B1gym. 3.1 De verovering van een groot rijk

Hoofdstuk 3 
De Romeinen 
1 / 41
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 41 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 3 
De Romeinen 

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Romulus en Remus

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

3.1 De verovering van een groot rijk

Slide 9 - Slide

Leerdoelen 
  • Je kunt beschrijven hoe de Romeinse Republiek ontstond en hoe het bestuur daarvan werkte
  • Je kunt uitleggen in welke fasen het Romeinse Rijk uitgroeide tot een wereldrijk en welke middelen de Romeinen daarbij gebruikten
  • Je kunt enkele oorzaken noemen van het verdwijnen van de republiek en het ontstaan van het keizerrijk
  • Je kunt de belangrijkste verschillen noemen tussen het bestuur in de Romeinse Republiek en dat in het Romeinse keizerrijk  

Slide 10 - Slide

Ontstaan van Rome
  • Rond 750 v.C.
  • Klein dorp aan de Tiber en aan de zee.
  • Inwoners waren voornamelijk boeren en handelaren
  •  Ideale plek om te handelen!
  • Het dorp werd langzamerhand groter en rijker.

Slide 11 - Slide

Van monarchie naar republiek
In 509 v.C. jagen de Romeinen hun koning de stad uit
Ze maken van Rome nu een republiek
In een republiek  wordt het land bestuurd door gekozen leiders
Er is dus geen vorst meer die de macht heeft

Slide 12 - Slide

De Romeinse Republiek 

  • De republiek wordt bestuurd door de senaat ('raad van ouderen'). Dit waren rijke Romeinen.

  • Het volk kiest elk jaar 2 leiders: consuls

  • Zij voerden de besluiten van de senaat uit

Slide 13 - Slide

Senaat
  • Senaat: vergadering waar een paar honderd mannen uit belangrijke en rijke  families stemden over wetsvoorstellen en advies gaven aan de consuls
  • kozen één keer per jaar twee consuls.

Slide 14 - Slide

Consuls
  • leidden de vergaderingen van de senaat.
  • mochten wetsvoorstellen doen.
  • hadden het vetorecht: hiermee konden ze een maatregel van de senaat/ andere consul tegenhouden.
  • oorlog voeren tegen vijanden --> voerden het leger aan 
  • Gekozen door Romeinen met stemrecht
  • 1 jaar 

Slide 15 - Slide

Senatus Populusque Romanus
De Senaat & het volk van Rome

Slide 16 - Slide

Groei van het Romeinse Rijk
De Romeinen willen hun macht, rijkdom en roem vergroten
Daarom gaan zij proberen gebieden te veroveren
Deze veroveringen zijn succesvol
Zo ontstaat na verloop van tijd het Romeinse Rijk

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Strijd om Middellandse zee
Waarom is dit belangrijk?
  • Beschermen van handelsroutes!
  • Meer winst naar Rome
  • Veilig reizen binnen het rijk

Slide 19 - Slide

Havenstad Carthago
  • Inwoners heten Puniërs
  • Belangrijke havenstad
  • Griekse oorsprong
  • Belangrijkste wapen:
  • Olifanten! 

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Imperium

Slide 23 - Slide

Redenen voor succes
Het Romeinse succes heeft twee oorzaken:
1) Het leger is goed bewapend, getraind
en georganiseerd

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Redenen voor succes
De tweede oorzaak:

2) De Romeinen behandelen hun vijanden goed
Kans op het verkrijgen van burgerschap voor soldaten of het krijgen van een stuk grond 

Bondgenootschappen

Slide 26 - Slide

Goede behandeling
  • Volken mochten eigen geloof behouden
  • Eigen gewoontes behouden
  • Moesten wel belasting betalen 
  • Eventueel burgerrecht voor niet-Romeinen 

Slide 27 - Slide

Imperium

Slide 28 - Slide

Spanningen
  • Gewone Romeinen verdienden niet veel geld --> rijke families wel 
  • Legeraanvoerders waren erg machtig  

Slide 29 - Slide

Burgeroorlogen
Legeraanvoerders waren jaren met soldaten op pad en betaalden hen,
Soldaten waren dan ook trouw aan hun aanvoerders
Legeraanvoerders werden dus steeds machtiger
Sommigen gingen zich verzetten tegen de senaat, dit leidde tot oorlog
Zo'n oorlog binnen een staat is een burgeroorlog

Slide 30 - Slide

Julius Caesar (100 v. Chr. - 44. v. Chr.)

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Video

Julius Caesar

Hij had Frankrijk (Gallië), België en Zuid-Nederland (Germania- inferior) veroverd.
Hij wilde met zijn leger naar Rome om consul te worden


Slide 33 - Slide

Dictator 
  • Generaal Julius Caesar wordt consul; hij was erg machtig.
  • Hij wilde de zelf verrijkende senatoren aanpakken. 
  • In plaats van alleen naar Rome te gaan, steekt Caesar met zijn leger de rivier de Rubicon over. 
  • De Senaat probeerde hem tegen te houden, maar Caesar won de slag. De Senaat benoemde hem hierna tot dictator. 

Slide 34 - Slide


Julius Caesar wordt vermoord
44 v. Chr.



  • Julius Caesar wordt steeds machtiger. Tegenstanders denken dat Caesar zelfs koning wil worden: ze moeten hem tegenhouden!
  • Op de idus (15e dag) van maart wordt hij in de Senaat door andere senatoren vermoord.

Slide 35 - Slide

Nieuwe burgeroorlog
Het volk van Rome was boos op de moordenaars van Caesar
Er ontstond een nieuwe burgeroorlog om de macht
De strijd ging tussen Octavianus en Marcus Antonius


Octavianus won de oorlog

Slide 36 - Slide

Octavianus (63 v. Chr. - 14 n. Chr.)
achterneef -->aangenomen als zoon
Marcus Antonius (83 v. Chr. - 30 v. Chr.)
belangrijkste onderbevelhebber van Caesar

Slide 37 - Slide

Octavianus 
  • Na de moord Caesar braken er burgeroorlogen uit om de macht. 

  • Octavianus maakte een einde aan de burgeroorlogen.  

  • De rust keerde terug in Rome. 

  • Octavianus gaf de senaat haar bevoegdheden terug, daarom kreeg hij de titel keizer Augustus (de verhevene). 

Slide 38 - Slide

Octavianus 
  • De senaat bleef in tact en de republiek bleef bestaan maar...

  • Augustus werd opperbevelhebber van het leger, bepaalde wie er consul werd, was hoogste rechter en had de leiding over buitenlandse politiek. 

  • De senaat accepteerde dit om dat Augustus de Republiek weer had hersteld, Maar Rome was een keizerrijk. 

Slide 39 - Slide

De Pax Romana
Het keizerrijk was een groot succes voor Rome in het begin
De keizers zorgden voor rust en vrede binnen het rijk
Tijdens deze Pax Romana nam de welvaart enorm toe
Dit met name door de bouw van wegen, bruggen en steden

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide