1 hv- kloktijden- herhaling haben en sein

Herzlich willkommen!
Buch auf den Schreibtisch legen, 
bitte!
1 / 28
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herzlich willkommen!
Buch auf den Schreibtisch legen, 
bitte!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Was machen wir heute?
- PO- wie gaat inspreken?
Hausaufgaben besprechen
Die Lernziele
Die Zahlen
- Die Uhrzeit: wie spät es?
- Hoofdletters
- Sind die Ziele erreicht? 
- Hausaufgaben

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

praktische opdracht:
wie gaat zijn powerpoint  inspreken of het als vlog opnemen?

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Aufgabe 1. S. 22
der
die
das

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Aufgabe 1. S. 22
der
die
das
Bruder
Erdkunde
Buch
Onkel
Klasse
Lied
Hund
Pause
Gymnasium
Lehrer
Mutter
Mädchen 
Winter
Haus

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Die Lernziele:


-1. Ik kan in het Duits vragen
hoe laat het is.
2. Ik kan in het Duits zeggen
hoe laat het is.
3. Ik weet wanneer ik een zelfstandig naamwoord met een hoofdletter moet schrijfen.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wir zählen die Zahlen auf. 
Wij gaan om de beurt de telwoorden opnoemen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Wortschatz: Die Zeit (blz. 23)
die Zeit                                       de tijd
die Stunde                                het uur
die Uhr                                        uur
Wie spät ist es?                       Hoe laat is het?  
Es ist...                                         Het is....



Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Stunde und Uhr, 2 woorden voor uur:

Wat is het verschil?
Die Uhr: de klok, de horloge, uur
Het woord Uhr geeft een tijdstip aan. Bv. "Het is 12 uur": "Es ist 12 Uhr” 

Die Stunde: het uur, het lesuur
"Eine Stunde hat 60 Minuten."
Het woord Stunde duidt dan weer een tijdsduur aan. 
Bv. “Ich warte hier schon eine halbe Stunde.: "Ik wacht hier al een half uur.” 
 


Slide 10 - Slide

(schrijf dit over)
Hoe zeg je in het Duits "hoe laat is het?" 

Wie spät ist es?
Wie viel Uhr ist es?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Let op!
Ein Uhr 
Viertel nach/vor eins

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Wie spät ist es?

A
Es ist fünf nach zwei.
B
Es ist fünf Uhr.
C
Es ist Viertel vor zwei.

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Wie spät ist es?

A
Es ist zehn Uhr.
B
Es ist halb sechs.
C
Es ist Viertel vor sieben.

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wie spät ist es?

A
Es ist elf Uhr.
B
Es ist Viertel nach zwei
C
Es ist Viertel vor sechs.

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Wie spät ist es?

A
Es ist neun Uhr .
B
Es ist fünf vor halb zehn.
C
Es ist halb eins.

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Wanneer schrijf je een Duits woord met een hoofdletter?

Slide 20 - Open question

This item has no instructions

Wel of geen hoofdletter?
A
der junge
B
der Junge

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Wel of geen hoofdletter?
A
Deutschland
B
deutschland

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wel of geen hoofdletter?
A
grün
B
Grün

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Wat is niet met een hoofdletter?
A
Begin van de zin
B
Namen
C
Zelfstandige naamwoorden (ding/persoon)
D
Bijvoeglijke naamwoorden (omschrijving)

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Wat moet met een hoofdletter?
A
werkwoorden en namen
B
werkwoorden en zelfstandige naamwoorden
C
Zelfstandige naamwoorden en namen van mensen/dieren
D
aan het eind van de zin

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Lesdoel behaald?
Ik kan de kloktijden in het Duits zeggen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 26 - Poll

This item has no instructions

Lesdoel behaald?
Ik weet wanneer ik een zelfstandig naamwoord met een hoofdletter moet schrijfen.
😒🙁😐🙂😃

Slide 27 - Poll

This item has no instructions

x oefening 4,  blz.  24 .
x Woordenlijst blz. 23


Slide 28 - Slide

This item has no instructions