Lesweek 2.2 - Baby en Peuter

SOCIALE VAARDIGHEDEN - doelgroepen
1 / 31
next
Slide 1: Slide
Sociale vaardighedenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

SOCIALE VAARDIGHEDEN - doelgroepen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

LESDOELEN BLOK 2:
Aan het eind van het blok ken ik de ontwikkelingsfasen van 8 verschillende doelgroepen (theorie)

Aan het eind van het blok kan ik rekening houden met de kenmerken van iedere doelgroep (praktijk)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Planning sociale vaardigheden - blok 2
Lesweek
Les
2.1
Inleiding ontwikkelingsfasen
2.2
Baby en peuter
2.3
Kleuters
2.4
Jonge kind en schoolkind

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

HERHALING
vorige week
timer
8:00

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

BABY

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

BABY
De babyfase loopt van 0 tot 1,5 jaar. In deze periode leert het kind erg veel, op alle drie de ontwikkelingsonderdelen
  • Lichamelijk (motoriek, CLUKS)
  • Cognitief (denken, waarnemen)
  • Sociaal-affecties (emotie, gevoelens)

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Waar zou je als medewerker sport en recreatie te maken kunnen krijgen met baby's?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling: 
  • De baby heeft een apart lijf. Het hoofd is erg groot en zwaar. De spieren van de nek zijn nog niet heel sterk
     
  • Daarom is het, bijvoorbeeld bij het babyzwemmen, belangrijk om het hoofd en de nek van baby's goed te ondersteunen

  • De benen zijn kort en de baby
     heeft veel lichaamsvet 
BABY

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling: 
  • Motorisch gezien leert de baby het eerste 1,5 jaar van zijn leven enorm veel. Vlak na de geboorte zijn er alleen nog maar reflexen (bijvoorbeeld de loopreflex, grijpreflex). Na 1,5 jaar loopt hij zelfstandig
     
  • Reflexen zijn automatische reacties op
    prikkels
BABY

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling: 
  • Rolt van buik naar rug (5 maanden)
  • Zit met lichte steun (6 maanden)
  • Kruipt op handen en knieën (7-8 maanden)
  • Trekt zich op aan voorwerpen (9 maanden)
  • Staat met steun (10 maanden)
  • Loopt met steun (11 maanden)
  • Staat alleen zonder steun (12 maanden)
  • Loopt zelfstandig (14 maanden)
BABY

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Welke zintuigen hebben we?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Cognitieve ontwikkeling: 
BABY
  • De baby leert veel via zijn zintuigen: horen, zien, ruiken, proeven en voelen.

  • Hij leert door ervaren, herhalen en imiteren (nadoen).

  • De tast (met name de mond) speelt hierin een
    belangrijke rol. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Cognitieve ontwikkeling: 
BABY
  • De taal komt al vroeg op gang. Na enkele weken maakt de baby al verschillende geluiden. Vanaf de 3e maand maakt de baby al min of meer bewust geluid

  • Rond het 1e levensjaar gaat het
    kind zijn eerste woordjes
    zeggen (brabbelen)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Sociaal-affectieve 
 ontwikkeling BABY
  • Na ongeveer 6 weken lacht de baby voor het eerst echt. Tot 7 maanden lacht een baby naar iedereen die aardig tegen hem doet.
     
  • Rond zijn 1e verjaardag kan een baby eenkennig worden.


Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Sociaal-affectieve 
 ontwikkeling BABY
  • Een baby praat vooral met gebaren en door het maken van allerlei geluiden (huilen, schreeuwen, lachen).


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

ENERGIZER
1 - 3 - 5 (oneven):
Kennisvraag

2 - 4 - 6 (even):
Kijk op het bord

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

PEUTER

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

PEUTER
De peuterfase loopt van 1,5 tot 4 jaar. In deze periode leert het kind erg veel, op alle drie de ontwikkelingsonderdelen
  • Lichamelijk (motoriek, CLUKS)
  • Cognitief (denken, waarnemen)
  • Sociaal-affecties (emotie, gevoelens)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Waar zou je als medewerker sport en recreatie te maken kunnen krijgen met peuters?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling: 
  • De peuter wordt een stuk zwaarder, maar nog niet zoveel langer. Het bolle buikje is dan ook kenmerkend voor een peuter.
     
  • Door te leren lopen wordt de wereld voor de peuter een stuk groter. Hij gaat op ontdekkingstocht. Gevaar ziet de peuter nog niet. Hij klimt overal op en zit overal aan.
PEUTER

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling: 
  • Grove motoriek ontwikkelt zich snel. Klimmen en klauteren lukt al en er wordt een begin gemaakt met gooien/ schoppen.

  • Fijne motoriek ontwikkelt zich minder snel. Geef je een peuter een potlood, dan blijft het beperkt tot wat krassen. Tegen het einde
    van de peutertijd (4 jaar) kunnen de
    meeste binnen de lijntjes kleuren
PEUTER

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Lichamelijke ontwikkeling: 
  • Loopt achteruit
  • Loopt de trap op
  • Schopt een bal naar voren
  • Loopt goed hard (rond 2 jaar)
  • Fietst op een driewieler (tussen 2 en 3 jaar)
  • Hinkelt (tussen 3 en 4 jaar)
  • Vangt stuitende bal (vanaf 4 jaar)
PEUTER

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Cognitieve ontwikkeling: 
PEUTER
  • De peuter is ontzettend nieuwsgierig en wil van alles leren. Zo moet hij ook leren wat wel en niet mag.

  • Jij als medewerker Sport en Recreatie kan hierbij helpen door dingen die gevaarlijk zijn te verbieden.

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Slide 27 - Video

Straffen helpt meestal niet. Hij begrijpt nog niet waarom er straf gegeven wordt. Er is nog geen besef van goed en kwaad.

Cognitieve ontwikkeling: 
PEUTER
  • De peuter heeft een enorme fantasie. Fantasie en werkelijkheid lopen door elkaar heen.

  • Als medewerker Sport en Recreatie kun je gebruik maken van deze fantasie.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Sociaal-affectieve 
 ontwikkeling PEUTER
  • De peuter leert vooral door te doen en de dingen via zijn zintuigen waar te nemen.

  • De ontwikkeling van taal gaat heel snel. Op 3-jarige leeftijd praat hij in zinnen en beantwoordt hij eenvoudige vragen


Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Sociaal-affectieve 
 ontwikkeling PEUTER
  • Rond een jaar of 3 kan de peuter koppig worden. Als hij zijn zin niet krijgt, wordt hij snel boos en driftig. Hij wil dat de dingen op zijn manier gebeuren.

  • Samenspelen lukt nog niet echt. De peuter speelt graag alleen. Wel speelt hij naast andere kinderen, maar niet met andere kinderen.


Slide 30 - Slide

Video: https://youtube.com/shorts/qQSoatY-8QM?feature=share 
KLAAR!

Slide 31 - Slide

This item has no instructions