- Klacht tegen een publieke instantie.
- Termijn: binnen 4 maanden nadat alle nationale rechtsmiddelen zijn
uitgeput.
- In de nationale procedure moet een beroep op bepalingen uit het EVRM en/of de
protocollen zijn gedaan;
- De klager moet direct getroffen zijn door het besluit, handelen of nalaten.
- Ten tijde van de klachtwaardige gebeurtenis moet de betreffende Staat het EVRM
geratificeerd hebben;
- Er moet sprake zijn van een ‘significant disadvantage’: het mag niet gaan om een
bagatelklacht (een ondergeschikt belang);