File 5 - 9 t/m 13 19/03

• Engels
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 2

Welcome back 4A

     Welcome back!

Leerdoelen

Je weet wat een bijvoegelijk naamwoord en bijwoord is. 

Je kunt in een Engelse zin adverbs and adjectives aangeven.

Je kunt zelf zinnen maken met adjectives en adverbs in het Engels.

This lesson

1. Adjectives	bijv.nw	Uitleg
2. Adverb	bijwoord	Uitleg
3. Do	9/10/11/12/13	Homework

Adjectives= bijvoegelijk nw

Een adjective = een bijvoegelijke naamwoord. Het zegt iets over iets of iemand. Het geeft extra informatie.

Je kunt ze in het Engels op 2 plaatsen tegenkomen.

1. He smiles at his beautiful wife. --> Voor zelfstandig naamwoord. 
   
2. His wife is beautiful.  --> Na een vorm van to be. 
3. That's an ugly car     

Adverbs = bijwoord 

1. Zegt iets over de manier hoe iets gebeurt of plaatsvindt. 
   Het zegt iets over een handeling (werkwoord).
   I easily found......
   He quickly walked
2. Het zegt iets over een bijvoegelijk nw (adjective) of adverb...Versterkt het.
   really crazy
   extremely tired              very quickly
3. Het zegt iets over de tijd/herhaling : 
   weekly
   monthly

Door -ly achter het bijvoegelijknw. (adjective) te zetten maak je het bijwoord (adverb)

How? 

When?

Some Examples

1. Mister Kees is  fast.               (adjective) = bijv.nw
2. Mister Kees is fastly walking towards his classroom. (adverb)
   
   
   

Extra uitleg?

Doe dan met mij mee! 

Do 9/10/11/12/13

Ready? Timer still running

• Show it to me! 
• If checked by teacher -  you can do something for yourself- 

Hoe ging de les? 

Hoe was je eigen inzet deze les? 

See you tomorrow :)