This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Welkom bij de examentraining Aardrijkskunde!
Slide 1 - Slide
Lesplanning
Tips en Tricks voor het eindexamen
Waar wil je extra uitleg over hebben? Welke onderwerpen/begrippen vind je nog lastig?
Zelfstandig lessonup maken.
Examenvragen zelfstandig in lerenvoorhetexamen (zie magistermail daarin de link).
Slide 2 - Slide
Tips & Tricks voorbereiden voor het Centraal Eindexamen
Misschien zit DE gouden tip erbij voor jou!
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Tip 1: Leer niet alles in 1x
Herhaling is goud.
Probeer per thema te leren!
Maak een planning
Slide 5 - Slide
Tip 2: Wissel lezen en kijken/luisteren af
Voor filmpjes met extra uitleg over de examenstof:
Kijk op de gedeelde lessen via lessonup
Slide 6 - Slide
Tip 3: Oefenen, oefenen, oefenen
Maak een oud aardrijkskunde examen (examenblad).
Maak (nog een keer) vragen uit je werkboek.
Slide 7 - Slide
Tip 4: Lees de vraag goed en sla geen vragen over!
Weet je het niet, gok!
Doordat je niks op opschrijft, mis je punten.
Doe wat de vraag van je verwacht.
Slide 8 - Slide
Tip 5: Schrijf op wat je weet en wees nauwkeurig en duidelijk in je beantwoording
Gebruik de windrichtingen.
Gebruik de juiste landen/gebieden.
Slide 9 - Slide
Aan het werk Oefenen
Wat: schrijf de moeilijke onderwerpen/begrippen op, waar je extra uitleg van wil. Ik deel een blaadje uit, waarop je dit kunt opschrijven. Ik neem het blaadje daarna in.
Doe het aub per onderwerp: Dus klimaat en weer , bevolking en water.
Slide 10 - Slide
Examentraining
uitleg filmpjes op Youtube
Oefenen met oude examen
Samengevat/ je boek en de lessonups.
Vragen en of extra uitleg nodig ga naar de docent.
Slide 11 - Slide
Log in Lessonup
Je beantwoordt de vragen in lessonup zelfstandig en in rust (immers het examen moet je ook zelfstandig doen)
Slide 12 - Slide
Wat zie je hier?
A
Bovenloop
B
Middenloop
C
Benedenloop
D
Delta
Slide 13 - Quiz
Wat is sedimentatie?
A
Het afzetten van materiaal door de rivier of zee
B
Het sneller stromen van de rivier in de bergen
C
Het ontstaan van een delta
D
Het afremmen van de rivier in de benedenloop
Slide 14 - Quiz
Welke soort vervuiling?
A
Organische vervuiling
B
Chemische vervuiling
C
Thermische vervuiling
Slide 15 - Quiz
Welke hoofdtaak van de waterschappen zie je op de foto?
A
zorgen voor goede waterkwantiteit
B
zorgen voor goede waterkwaliteit
C
zorgen voor goede waterkeringen
D
rivieren bevaarbaar houden
Slide 16 - Quiz
Sleep de woorden naar de goede plek in de tekening
Boezem
Binnenwater
Buitenwater
Slide 17 - Drag question
Sleep de oplossingen om de rivier de ruimte te geven op de juiste plaats
Dijkverhoging
Dijkverlegging
Nevengeul
Uiterwaardverlaging
Kribverlaging
Slide 18 - Drag question
Korte kringloop
Lange kringloop
Korte
Kringloop
Bovenloop
Benedenloop
Slide 19 - Drag question
Als water gaat bevriezen, welke vorm krijgt het dan?
A
Vloeibaar
B
Gasvormig
C
Vast
D
Blijft gewoon water
Slide 20 - Quiz
Uit welke twee soorten water wordt in ons land drinkwater gemaakt?
A
rivier en
zeewater
B
grondwater en
zeewater
C
grondwater en
zout oppervlaktewater
D
grondwater en
zoet oppervlaktewater
Slide 21 - Quiz
Bekijk de bron. Wat voor soort water vind je bij de cijfers 1 tm 3?
A
1= zout water
2= zoet water
3= brak water
B
1 = zoet water
2= zout water
3= brak water
C
1= brak water
2= zoet water
3= zout water
D
1= zoet water
2= brak water
3= zout water
Slide 22 - Quiz
Winterdijk
Zomerdijk
Uiterwaard
Kribben
Komgronden
Oeverwal
Slide 23 - Drag question
Welke vorm van irrigatie zie je op de foto?
A
Beregening
B
Druppelirrigatie
C
Oppervlakte-irrigatie
D
Kanaalirrigatie
Slide 24 - Quiz
Wat zie je op de foto?
A
Aquifer
B
Wadi
C
Fatamorgana
D
Oase
Slide 25 - Quiz
Waar haalt Israel het zoete water niet vandaan?
A
Meer van Kinneret
B
Rivier de Jordaan
C
Aquifers
D
Dode Zee
Slide 26 - Quiz
Een aquifer is een duurzame waterbron..
A
Juist
B
Onjuist
Slide 27 - Quiz
In China is de hoeveelheid water ongelijk verdeeld, waar is een overschot aan water?
A
Noorden
B
Oosten
C
Zuiden
D
Westen
Slide 28 - Quiz
De Huang He heeft heel veel vruchtbare grond in het Noord-Chinese Laagland neergelegd.
→ Wat is de belangrijkste oorzaak van die sterke sedimentatie?
A
Sterke bodemerosie in de bovenloop en een lage stroomsnelheid in de benedenloop.
B
Een sterke stroming in de bovenloop en een groot hoogteverschil in de benedenloop.
C
Veel neerslag in de bovenloop en weinig neerslag in de benedenloop.
D
Weinig water in de bovenloop en een brede rivier in de benedenloop.
Slide 29 - Quiz
Wat zien we hier?
A
Een zandeiland
B
Een polder
C
Relatieve zeespiegelstijging
D
De zandmotor
Slide 30 - Quiz
Bovenloop
Middenloop
Benedenloop
Slide 31 - Drag question
Hoe noemen we dit water bij het vorige plaatje?
A
Grondwater
B
Oppervlaktewater
C
Cappilair water
D
Drinkwater
Slide 32 - Quiz
Zwart water is water van de douche, de wasmachine en de keuken.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 33 - Quiz
Hoe komt de Gele Rivier aan zijn kleur?
A
Door de verffabriek die in de bovenloop staat
B
Door de lossgrond die de rivier in spoelt of waait
C
Door de chemische vervuiling van alle fabrieken
D
Door dat er veel water uit de rivier wordt gehaald voor irrigatie
Slide 34 - Quiz
In welk deel van China vindt veel geïrrigeerde landbouw plaats?
A
Oosten
B
Westen
C
Zuiden
D
Noorden
Slide 35 - Quiz
De plek waar een rivier uitkomt in zee heet de ...
A
Monding
B
Uitloopsel
C
Bovenloop
D
Rivierdelta
Slide 36 - Quiz
Waar of niet waar? Droogmakerijen heten zo omdat het meren waren die zijn drooggemaakt.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 37 - Quiz
Het wegpompen van water uit polders heet ... ?
A
Pompen of verzuipen
B
Verpolderen
C
Kunstmatige afwatering
D
Kunstzinnige afwikkeling
Slide 38 - Quiz
Waar of niet waar? Reliëf is hoogteverschillen in een landschap
A
Waar
B
Niet waar
Slide 39 - Quiz
Waarom draagt ontbossing bij aan wateroverlast?
A
Bossen verdampen meer
B
Bossen houden water vast
C
Bossen verdampen minder
D
Bossen hebben niets te maken met wateroverlast
Slide 40 - Quiz
Wat is het verschil tussen een steppe en een woestijn?
A
In een woestijn groeit alleen maar gras, een steppe heeft ook bomen
B
In een steppe groeit nog gras, in een woestijn is het zelfs daar te droog voor
C
Er is geen verschil, het zijn allebei droge klimaten
D
Een woestijn is heter dan een steppe
Slide 41 - Quiz
Einde Nu:
Examen oefenen via lerenvoorhetexamen/Nearpods/examens
Ga naar je magistermail, kijk naar mail van mij, klik op de link.