H2 Samen met het buitenland 2.2 Meer of minder buitenlandse handel? Deel 1 (Plein M 4e editie)

Welkom bij economie!

Hoofdstuk 2: Samen met het buitenland

2.2 Meer of minder buitenlandse handel?
1 / 35
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom bij economie!

Hoofdstuk 2: Samen met het buitenland

2.2 Meer of minder buitenlandse handel?

Slide 1 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?

  • Herhalen Theorie 2.1 Over de grens
  • Theorie 2.2 Meer of minder buitenlandse handel? Deel 1
  • Zelfstandig aan het werk


Slide 2 - Slide

Herhalen 2.1
Lesdoelen:

Nu:

  • kun je uitleggen waarom bedrijven producten naar het buitenland exporteren.√
  • kun je uitleggen waarom we producten uit andere landen importeren.√
  • kun je uitleggen waarom de handel met het buitenland voor Nederland belangrijk is.√
  • kun je rekenen met miljoenen en miljarden.√

Slide 3 - Slide

Waar of niet waar?

Als Nederland producten of diensten aan het buitenland verkoopt, noemen we dit export

A
waar
B
niet waar

Slide 4 - Quiz

Welke van onderstaan is geen reden voor het importeren van producten voor Nederland?

A
producten in het buitenland worden goedkoper geproduceerd
B
producten hebben een betere kwaliteit
C
grondstoffen komen in ons land niet voor, bepaalde landbouwproducten kunnen in Nederland niet groeien
D
sommige producten mogen in Nederland niet verkocht worden

Slide 5 - Quiz

Wanneer spreken we van een open economie?

A
Als er sprake is van veel invoer en uitvoer
B
Als er sprake is van weinig invoer en uitvoer
C
Als een land meer importeert dan exporteert
D
Als een land meer exporteert dan importeert

Slide 6 - Quiz

Wanneer spreken we van een open economie?

A
Als er sprake is van veel invoer en uitvoer
B
Als er sprake is van weinig invoer en uitvoer
C
Als een land meer importeert dan exporteert
D
Als een land meer exporteert dan importeert

Slide 7 - Quiz

Hoeveel miljoen is 738 miljard?

A
738.000
B
738.000.000
C
738 miljoen
D
738.000 miljoen

Slide 8 - Quiz

2.2 Meer of minder buitenlandse handel?
Lesdoelen:

Aan het einde van de les:


  • kun je uitleggen hoe gebieden op de wereld steeds meer met elkaar verbonden raken;
  • kun je uitleggen op welke manieren landen hun eigen bedrijven beschermen tegen buitenlandse concurrentie;


Slide 9 - Slide

De wereld wordt kleiner
Gebieden op de wereld raken steeds meer met elkaar verbonden.
Dit noem je globalisering.

Door globalisering neemt de internationale handel toe.

Dat komt door:
  • Internet – je kunt makkelijk goederen en diensten bestellen in het buitenland.
  • Modern vervoer – producten kunnen snel en goedkoop vervoerd worden.




Slide 10 - Slide

Samenwerking
Europese Unie:
Een groep Europese landen die op politiek en economisch gebied samenwerken.

Handelsbelemmeringen:
Maatregelen waarmee een regering bedrijven in het eigen land wil beschermen tegen concurrentie uit andere landen.

Invoerrechten:
Belasting die je aan de grens betaalt als je producten invoert.




Slide 11 - Slide

Zelfstandig aan het werk 
timer
15:00
Opdracht: 
Maak nu zelfstandig opgave 1 t/m 6 op bladzijde 54 t/m 56. Je mag overleggen. 
Schrijf de volledige antwoorden in je boek/schrift, inclusief formule!
Hulp nodig? In deze volgorde: 
1. Boek
2. Klasgenoot
3. Docent
(de eerste 2 minuten help ik niet)
Je krijgt 15 minuten de tijd
Klaar? Lees de blauwe stukjes nog eens door. 
Na 15 minuten gaan we samen de opgaven bespreken. 
Iedereen moet zijn antwoord kunnen uitleggen.

Slide 12 - Slide

Opgave 1 blz 54: Bekijk bron 9 en 10

Met welk transportmiddel worden de meeste goederen over de wereld vervoerd?
A
Bron 9
B
Bron 10

Slide 13 - Quiz

Opgave 1 blz 54:

Met het transportmiddel in bron 10, want:

Slide 14 - Open question

Opgave 2 blz 55:

a Hoe noem je de toenemende verbondenheid van gebieden op de wereld?

Slide 15 - Open question

Opgave 2 blz 55:

b Noem twee redenen waarom internationale handel makkelijker is geworden.

Slide 16 - Open question

Opgave 3 blz 55: Bekijk bron 11

a De volgende uitspraken gaan over bron 11. Kruis de juiste uitspraken aan.

A
Door globalisering kan Nederland meer produceren.
B
Door globalisering stijgen alle lonen in Nederland.
C
Door globalisering verandert de werkgelegenheid in Nederland.

Slide 17 - Quiz

Opgave 3b.1

Slide 18 - Slide

Opgave 3 blz 55: Bekijk bron 11

3.b.2 Globalisering heeft voor Nederland:
A
meer voordelen dan nadelen
B
meer nadelen dan voordelen

Slide 19 - Quiz

Opgave 3 blz 55:

c Leg uit waarom globalisering producten beter betaalbaar maakt.

Slide 20 - Open question

Opgave 3 blz 55:

d Leg uit waarom globalisering voor meer variatie in producten zorgt.

Slide 21 - Open question

Opgave 4 blz 56:

Welk transportmiddel kies je?

auto’s
A
vliegtuig
B
vrachtschip

Slide 22 - Quiz

Opgave 4 blz 56:

Welk transportmiddel kies je?

bloemen
A
vliegtuig
B
vrachtschip

Slide 23 - Quiz

Opgave 4 blz 56:

Welk transportmiddel kies je?

fietsen
A
vliegtuig
B
vrachtschip

Slide 24 - Quiz

Opgave 4 blz 56:

Welk transportmiddel kies je?

groente
A
vliegtuig
B
vrachtschip

Slide 25 - Quiz

Opgave 4 blz 56:

Welk transportmiddel kies je?

medische instrumenten
A
vliegtuig
B
vrachtschip

Slide 26 - Quiz

Opgave 4 blz 56:

b Leg je keuze van het transportmiddel voor auto’s uit.

Slide 27 - Open question

Opgave 4 blz 56:

c Leg je keuze van het transportmiddel voor bloemen uit.

Slide 28 - Open question

Opgave 5 blz 56:

a Noteer een voordeel van import.

Slide 29 - Open question

Opgave 5 blz 56:

b Noteer een nadeel van het importeren van producten uit bijvoorbeeld
andere landen uit de EU die we ook in Nederland maken

Slide 30 - Open question

Opgave 6 blz 57:

De landen van de EU hebben afgesproken dat ze hun eigen bedrijven beschermen tegen .................. vanuit landen buiten de EU.

Slide 31 - Open question

Opgave 6 blz 57:

De beschermende maatregelen noem je ..................

Slide 32 - Open question

Opgave 6 blz 57:

Door bij invoer aan de grens .................... te laten betalen, wordt voor ons de prijs van producten uit andere landen ...........

Slide 33 - Open question

Opgave 6 blz 57:

Voor consumenten in de EU kan het dus ............. zijn om producten uit een EU-land te kopen.

Slide 34 - Open question

Afsluiting 2.2
Lesdoelen:

Nu:

  • kun je uitleggen hoe gebieden op de wereld steeds meer met elkaar verbonden raken;√
  • kun je uitleggen op welke manieren landen hun eigen bedrijven beschermen tegen buitenlandse concurrentie;√

Slide 35 - Slide