Week 17 Nederlands 3 havo Hoofdstuk 4 spelling

Nederlands 3 havo week 17
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Nederlands 3 havo week 17

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Huiswerk week 17
Let op: je huiswerk mag je na de vakantie inleveren. Doe dit uiterlijk maandag 4 mei 2020. Op die dag staat namelijk de taak voor die week weer klaar. 

Slide 4 - Slide

Lees nu 10 minuten in je leesboek. Dat doe je natuurlijk elke dag 

Slide 5 - Slide

Dit is een test...

Slide 6 - Slide

Wanneer gebruik je een trema?
A
In leenwoorden.
B
Nooit.
C
Je voorkomt uitspraakproblemen.
D
A en C zijn goed.

Slide 7 - Quiz

Wanneer gebruik je een apostrof?
A
In verkleinwoorden.
B
Als weglatingsteken.
C
Je voorkomt uitspraakproblemen.
D
A, B en C zijn goed.

Slide 8 - Quiz

Wat is een afkorting?
A
Je geeft een woord met max. 3 letters weer.
B
Een afkorting schrijf je met één of meer punten.
C
Je gebruikt geen hoofdletter.
D
Geen enkel antwoord is goed.

Slide 9 - Quiz

Wat is een symbool?
A
Een symbool schrijf je met punt.
B
Wordt alleen gebruikt voor een valuta.
C
De schrijfwijze is (inter) nationaal afgesproken.
D
Geen enkel antwoord is goed.

Slide 10 - Quiz

Hopelijk ging het goed met de quizvragen!
Even ontspannen, voordat we verder gaan met de weektaak ......

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

OK!

Als je hier bent aangekomen, dan heb je je weektaak Nederlands afgemaakt. Goed gedaan!

Geniet van je vakantie!!!!!!


Slide 25 - Slide