This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Oefenmateriaal
Slide 8 - Slide
Wat is lymfe?
A
Lymfe is hetzelfde als weefselvloeistof.
B
Vloeistof die uit de lymfevaten de weefsels in gaat.
C
Weefselvloeistof met rode bloedcellen.
D
Weefselvloeistof die in de lymfevaten is gestroomd.
Slide 9 - Quiz
Waar kun je welke vloeistof aantreffen?
Lymfe
bloedplasma
weefselvloeistof
Slide 10 - Drag question
Waaruit bestaat lymfe?
A
Water
B
Water & opgeloste stoffen
C
Opgeloste stoffen & witte bloedcellen
D
Water, opgeloste stoffen & witte bloedcellen
Slide 11 - Quiz
Sleep de juiste namen naar hun plek.
1
2
3
4
5
6
Bloedplasma
Weefselvloeistof
bloedvat
Lymfevat
rode bloedcel
Lymfe
Slide 12 - Drag question
Weefselvloeistof
Lymfe
Bloedplasma
Vocht buiten de haarvaten; kan O2, witte bloedcellen, voedingsstoffen, CO2 en andere afvalstoffen bevatten
Deze vloeistof bestaat uit water met opgeloste stoffen en witte bloedcellen
In deze vloeistof zitten geen bloedcellen of bloedplaatjes
Slide 13 - Drag question
In welke richting stroomt de lymfe in het lymfe vat van de afbeelding
A
De lymfe stroomt in de richting van pijl P
B
De lymfe stroomt in de richting van pijl Q
C
De stroomrichting van de lymfe is niet uit de tekening af te leiden
Slide 14 - Quiz
Welke zijn goed? 1 Verteerde vetten worden met de lymfe vanuit de dunne darm afgevoerd. 2 Lymfe bevat rode bloedcellen 3 Lymfe bevat witte bloedcellen 4 Lymfe stroomt via aders naar lymfeknopen
A
1, 2 en 3
B
1 en 3
C
2 en 4
D
3 en 4
Slide 15 - Quiz
Wat is het verschil tussen weefselvloeistof dat net de haarvaten uitkomt, en het weefselvloeistof vlak voordat het de lymfevaten in gaat?