What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Wiederholung starke Verben im Präsens
Starke Verben im Präsens
1 / 19
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
This lesson contains
19 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
25 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Starke Verben im Präsens
Slide 1 - Slide
Was ist ein starkes Verb?
Net als in het Nederlands heeft een sterk werkwoord een klinkerverandering in de o.v.t en het voltooid deelwoord.
Als een werkwoord in het Nederlands sterk is, is dat in het Duits meestal ook zo.
Slide 2 - Slide
Präsens ...
Präsens = stam + uitgang
van:
(fe)esttenten
du spielst, du wartest
Deze regels gelden ook bij de sterke werkwoorden. Alleen komt er nog wat bij.
Slide 3 - Slide
Starke Verben mit
a
Sterke werkwoorden met een een
a
in de stam krijgen een
Umlaut op de a bij du, er/es/sie
fahren: du f
ä
hrst, er/es/sie f
ä
hrt
Dit komt ook voor bij: laufen: du l
ä
ufst, er/es/sie l
ä
uft
Slide 4 - Slide
Und jetzt ihr! Ergänze:
[schlafen] . . . . du schon?
Slide 5 - Open question
[tragen] Er . . . . den schweren Koffer.
Slide 6 - Open question
Die Katze [waschen] . . . . sich den ganzen Tag.
Slide 7 - Open question
Er [laufen] . . . . gerne Schlittschuh und er [fallen] . . . . fast nie.
Slide 8 - Open question
Ihr [raten] . . . . nicht, welche Kinder er eingeladen hat.
Slide 9 - Open question
Starke Verben mit
e
Sterke werkwoorden met een
e
in de stam, krijgen het zogenaamde
e/i-Wechsel bij du
en
er/es/sie.
lesen: du l
ie
st, er/es/sie l
ie
st
helfen: du h
i
lfst, er/es/sie h
i
lft
Slide 10 - Slide
langes e >>
ie
Je spreekt van een
lange e
,
als de lettergreep eindigt op
e
of
eh.
lesen: du l
ie
st, er/es/sie l
ie
st
sehen: du s
ie
hst, er/es/sie
sie
ht
Slide 11 - Slide
kurzes e >>
i
Je spreekt van een
korte e
, als de lettergreep eindigt op een of meerdere medeklinkers.
essen: du
i
sst, er/es/sie
i
sst
Slide 12 - Slide
Ausnahme: langes e -> i
Wel een lange stamklinker e, maar toch een
korte i
:
geben: du gibst, er/es/sie gibt
nehmen: du nimmst, er/es/sie nimmt
treten: du trittst, er/es/sie tritt
Slide 13 - Slide
Ausnahme: kein e/i-Wechsel
Wel een sterk werkwoord met stamklinker e, maar toch
geen
e/i-Wechsel
:
gehen: du gehst, er/es/sie geht
stehen
verstehen
Slide 14 - Slide
Und jetzt ihr! Ergänze:
Das kleine Mädchen [brechen] . . . . fast die alte Vase.
Slide 15 - Open question
[verstehen] . . . . du, was ich meine?
Slide 16 - Open question
Kinder, [sehen] . . . . ihr nicht, dass er gerade ein Buch [lesen] . . . . ?
Slide 17 - Open question
Du [fahren] . . . . nach Hause.
Slide 18 - Open question
Studier die Theorie der Verben!
Slide 19 - Slide
More lessons like this
Starke Verben im Präsens
March 2024
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 4
Grammatiktrainer starke Verben im Präsens
May 2021
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Grammatiktrainer starke Verben im Präsens
May 2023
- Lesson with
25 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
V5 02.12.2021
November 2021
- Lesson with
30 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Grammatiktrainer starke Verben im Präsens
November 2022
- Lesson with
29 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
E/i-wissel en A/ä-wissel bij sterke werkwoorden
May 2023
- Lesson with
31 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
4HAVO- Starke Verben und Lernbox Lektion 1
May 2022
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
18 april - werkles
April 2023
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
vwo
Leerjaar 4