les week 12

1 / 26
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Les devoirs: 
22 mars 2022  C Phrases-Clés et parler

Maken : Ex. 13 t/m 15 (bereid de spreekopdrachten ex 13/14/15B thuis voor)
Leren : kloktijden ex 12A + Phrases-Clés C
In de les: spreekopdrachten
Ex13A Tuyau (é en è) Ex13C Phrases-Clés doornemen Ex13E + 14 + 15B










Slide 2 - Slide

Lesdoelen:
1. Herhalen dagen van de week: je weet de Franse dagen van de week
2.Herhalen van de kloktijden. Je kunt de Franse kloktijden toepassen en begrijpen. 

Nieuw:
3. Bron C behandelen: Phrases clés et parler: 
- je kunt vertellen over school
- je weet hoe je de é en de è uitspreek




Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Les jours de la semaine
Vertaal de dagen van de week naar het Frans. Sleep blauw naar rood!
woensdag
donderdag
vrijdag
zaterdag
dinsdag
maandag
zondag
mardi
vendredi
mercredi
lundi
samedi
jeudi
dimanche

Slide 5 - Drag question

DINSDAG
A
SAMEDI
B
DIMANCHE
C
MARDI
D
MERCREDI

Slide 6 - Quiz

MERCREDI
A
VRIJDAG
B
DONDERDAG
C
DINSDAG
D
WOENSDAG

Slide 7 - Quiz

ZATERDAG
A
SAMEDI
B
MARDI
C
LUNDI
D
VENDREDI

Slide 8 - Quiz

LUNDI
A
MAANDAG
B
DINSDAG
C
WOENSDAG
D
DONDERDAG

Slide 9 - Quiz

JEUDI
A
DINSDAG
B
VRIJDAG
C
ZATERDAG
D
DONDERDAG

Slide 10 - Quiz

ZONDAG
A
VENDREDI
B
SAMEDI
C
DIMANCHE
D
MARDI

Slide 11 - Quiz

VRIJDAG
A
MARDI
B
JEUDI
C
VENDREDI
D
DIMANCHE

Slide 12 - Quiz

Welke dagen van de week staan in de juiste volgorde?
A
lundi, mercredi, dimanche, jeudi, samedi, mardi, vendredi
B
dimanche, lundi, jeudi, vendredi, samedi, mardi, mercredi
C
lundi, mardi, mercredi, jeudi, vendredi, samedi, dimanche
D
mercredi, jeudi, dimanche, samedi, vendredi, lundi, mardi

Slide 13 - Quiz

2. Herhalen van de kloktijden. 



Je kunt de Franse kloktijden toepassen en begrijpen. 

Slide 14 - Slide

Welke kloktijd hoort bij welke klok?
Il est une heure
Il est une heure et quart
Il est deux heures moins le quart
Il est deux heures et demie

Slide 15 - Drag question

Weet je het nog? 
- Wanneer het 12 uur is zeg je in Het Frans niet 'Il est douze heures.
- Er is een verschil tussen 12 uur 's middags en 12 uur 's nachts. 
Il est minuit
Il est douze heures
Il est midi

Slide 16 - Drag question

Welke beschrijving hoort bij welke kloktijd?
01h30
10h15
09h00
05h30
08h45
06h30
02h00
01h45
Il est une heure et demie
Il est dix heures et quart
Il est neuf heures
Il est cinq heures et demie
Il est deux heures moins le quart
Il est deux heures 
Il est six heures et demie
Il est neuf heures moins le quart

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

1. Bron C behandelen: Phrases clés et parler:
- je weet hoe je de é en de è uitspreek
- je kunt vertellen over school

Slide 19 - Slide

WB blz 108

Slide 20 - Slide

WB blz 108

Slide 21 - Slide

Tu es en quelle classe?
Tu as quelles matières le lundi?
Le dessin, c'est à quelle heure?
Quelle heure est-il?


Je suis en sixième


Le lundi, j'ai anglais et histoire


C'est à onze heures.


Il est neuf heures et quart

Slide 22 - Drag question

ex 14 jeu de rôle

Rollenspel:
Maak opdracht 14 samen met een klasgenoot

Slide 23 - Slide

ex 15b
Interview ton voisin
Maak ex 15b samen met een klasgenoot

Slide 24 - Slide

Zelfstandig werken
Les devoirs: week 13: zie studiewijzer
D Grammaire et écrire (het werkw. être) Maken : Ex. 16 t/m 19
Leren : D het werkwoord Être
Neem het werkwoord être over in je schrift (WB blz 110)
Tip: Kijk online naar het filmpje Bron D (werkwoord être)
Extra instructie: Youtube: https://www.youtube.com/watch?v=z2IrJ0DB0Xg





Slide 25 - Slide

Extra tijd
kloktijden bingo!

Slide 26 - Slide