This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
VVA B
Slide 1 - Slide
Benoem de 8 soorten activiteiten bij kleuters
Slide 2 - Open question
Wat is het doel van sport en spel bij kleuters?
(meerdere antwoorden kunnen juist zijn)
A
ontwikkelen van het eigen lichaam
B
ontdekken van de ruimte
C
ontwikkelen van de grove motoriek
Slide 3 - Quiz
Waar of niet waar: Via constructiespel krijgen kinderen grip op de werkelijkheid
A
waar
B
niet waar
Slide 4 - Quiz
waar of niet waar: Bij exploratieve activiteit gaan kinderen onderzoeken en verkennen
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
Wat is een beeldende activiteit?
(meerdere antwoorden kunnen juist zijn)
A
werkstukje maken d.m.v. scheuren, knippen, plakken
B
kralenketting maken
C
tekenen
D
schilderij maken
Slide 6 - Quiz
Benoem een aantal taalactiviteiten
Slide 7 - Open question
Een ............ is een vaste doelmatige, doordachte manier van handelen. Ze zijn vaak gebaseerd op ideeën van pedagogen.
A
methodiek
B
methode
C
interventie
Slide 8 - Quiz
Een ......... is een methodische actie om een probleem aan te pakken en gedrag bij te sturen.
A
methodiek
B
interactie
C
interventie
D
intervisie
Slide 9 - Quiz
Welke methode staat voor de volgende uitgangspunten? - luister naar het kind - praat begrijpelijk met het kind - ga positief en met respect met elkaar om - los conflicten op zodat niemand verliest - maak samen afspraken waar iedereen zich aan kan houden
A
Triple P methode
B
Gordon methode
Slide 10 - Quiz
Hoe kun je de ontwikkeling van een kind stimuleren?
(meerdere antwoorden kunnen juist zijn)
A
door activiteiten aanbieden waar het kind aan toe is
B
door te zorgen voor een uitdagende en prikkelende omgeving