HAVO 2 H6 Geluid en Geluidssnelheid

Hoofdstuk 6
GELUID
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 6
GELUID

Slide 1 - Slide


Geluid is een trilling.
Geluid is een hoorbare 
trilling die van een geluidsbron 
via een tussenstof (Medium)
naar een ontvanger gaat.

Slide 2 - Slide


Voorbeelden
geluidsbron

Slide 3 - Mind map

Voorbeelden
tussenstof

Slide 4 - Mind map

Voorbeelden
ontvanger geluid

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Video

Filmpje 7.20-8.20
Om geluid van de bron naar de ontvanger te kunnen brengen is een tussenstof (medium) nodig.
Zonder een tussenstof kan het geluid (de trilling) zich niet verplaatsen.

Slide 7 - Slide

Wat is geluid?
Maak een samenvatting over de volgende begrippen:
  • Geluid
  • Geluidsbron
  • Tussenstof (Medium)
  • Ontvanger
  • Geluid in vacuüm
Aantekening

Slide 8 - Slide

Geluidsbron
Geluidsgolf
Tussenstof
Trommelvlies

Slide 9 - Drag question

Slide 10 - Video

Geluidsnelheid 
De snelheid van het geluid in lucht is 343 m/s.



De snelheid waarmee het geluid zich voortplant is afhankelijk van het medium waar het doorheen gaat.
(Zie tabel 1 op bladzijde 64 in het boek)


Slide 11 - Slide

Geluidsnelheid 
De snelheid van het geluid in lucht is 343 m/s.



Met de snelheid van het geluid kunnen we berekenen wat de afstand is van de geluidsbron tot de ontvanger.


Slide 12 - Slide

Formule
s = v * t
afgelegde afstand = geluidssnelheid  *  tijd
meter (m) = meter/seconden (m/s) * seconden (s)
De geluidsnelheid in lucht is 343 m/s.
Aantekening

Slide 13 - Slide

Onweersbui
Om te bepalen hoever een onweersbui bij je vandaan is bestaat er een regeltje:
voor elke drie tellen (seconden) tussen flits en donder is de onweersbui 1 kilometer bij je vandaan.

Slide 14 - Slide

Bij een onweersbui ontstaan flits en donder gelijktijdig.
Geluid doet er langer over om in je oor te komen. 
Carla ziet de flits en hoort de donder 3 seconde later.
Hoever is de onweersbui bij haar vandaan?

Slide 15 - Slide

Bij een onweersbui ontstaan flits en donder gelijktijdig.
Geluid doet er langer over om in je oor te komen.
Carla ziet de flits en hoort de donder 3 seconde later.
Hoeveel meter is de onweersbui bij haar vandaan?

Gegeven: v lucht = 343 m/s
                   t = 3 s
Gevraagd: s =? m
Formule:  s=v*t
Bereken:  s = 343 * 3
                   s = 1029 m (≈ 1 km)
Klopt? Wat was er gevraagd en in welke eenheid?

Slide 16 - Slide

Oefenopdracht
Kaptein Iglo zit in een boot op zee,
met een flinke berg vissticks.
Er zwemt ook nog een school vissticks
onder water.
Met een sonar wil hij bepalen waar hij 
zijn netten moet uitgooien.
De tijd waarin het uitgezonden signaal
weer ontvangen wordt bedraagt 0,3 seconde.
Bereken de afstand tussen de boot en de school.

Slide 17 - Slide

Oplossing
gegeven:            t=0,3s
                             vzeewater = 1510 m/s
oplossing:          s = v *t
                             s = 1510 * 0,3
                             s = 453 m
                             diepte = ½ * s = 226,5 m


Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

Huiswerk
Maken par. 1 opgave 1 t/m 7.

Slide 20 - Slide