H5 Formulieren

• Economie & Ondernemen
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 5: Formulieren

Regels en grenzen

1. RESPECT = rekening houden met elkaar
2. Op je plek zitten, computergebruik en wc-bezoek
3. Luisteren, vinger opsteken, vragen stellen en praten
4. Opdrachten maken en nakijken, spullen in orde 
5. Niet eten of drinken, geen muziek, geen capuchon op
6. Schone werkplek

  1 waarschuwing, bij de 2e waarschuwing 1 uur terugkomen

SE 2: Goederen verzamelen

Praktijk SE 2: Goederen verzamelen

• Goederen uit het magazijn halen
• Goederen verzendklaar maken

 

Theorie SE 2: Hoofdstuk 4 t/m 6

• Derving
• Formulieren en goederen verzenden

Praktijk oefenen

Praktijk goederen verzamelen oefenen met mevr. Dorst

• Iedere les oefenen twee of drie leerlingen individueel met mevr. Dorst het praktijkgedeelte voor het SE in het magazijn.
• Je krijgt een opdracht, instructie en begrippenlijst die je eerst doorleest. Daarna ga je de opdracht uitvoeren. 

Praktijk oefenen

Praktijk goederen verzamelen oefenen met mevr. Dorst

• Je krijgt een orderpicklijst en daarmee verzamel je de goederen uit het magazijn.
• Daarna vul je de orderpicklijst en pakbon in.  
• Tot slot plaats je de goederen in de doos met het juiste opvulmateriaal en maak je de order verzendklaar.

Praktijk oefenen

Om de praktijkopdracht uit te kunnen voeren moet je de volgende begrippen kennen:

• Orderbevestiging
• Pakbon
• Orderpicklijst
• Opvulmateriaal
• Verpakkingsetiketten

Opdrachten nakijken

Ga naar bladzijde 86 van je boek en lees de tekst door

Kijk vraag 4.01 - 4.10 na op bladzijde 87 t/m 99 

Tijdens het nakijken van de opdrachten is het stil

Steek je vinger op als je een vraag hebt!

Klaar? Ga verder met de opdrachten in hoofdstuk 5

Computer opstarten

1. De computer is van de school
2. Gebruik de computer alleen voor schoolzaken
3. Start de computer op en log in op Digiplein in het E-book
4. Ga daarna naar LessonUp
5. Aanmelden met de code ddmsx

Welke van de onderstaande zaken hoort tot de criminele derving?

1. Fraude
2. Controlefout
3. Bederf
4. Wisselfout

Als een medewerker in de winkel een artikel gratis meegeeft aan een bekende, dan is dat:

1. Gratis
2. Niet-criminele derving
3. Demodage
4. Criminele derving

Wat zijn winkeldochters?

1. Goederen die net binnen zijn
2. Goederen die uit de mode zijn
3. Goederen die beschadigd zijn
4. Goederen die net verkocht zijn

Diefstal is geen voorbeeld van derving.

1. Juist
2. Onjuist

Leerdoelen

Aan het eind van deze weet je meer over:

• de oorzaken van derving
• verschil tussen niet-criminele derving en criminele derving
  
• gevolgen en maatregelen om derving te voorkomen
• formulieren die je in een magazijn gebruikt;
  
• het uitvoeren van controles met behulp van een bestelbon, pakbon en vrachtbrief.

Derving

Niet-criminele derving = derving die ontstaat door ongelukken of fouten van medewerkers of klanten. Dit gebeurt niet met opzet. Winkeldochters = producten die uit de mode raken.  Het uit de mode raken wordt demodage genoemd.

Criminele derving = derving die ontstaat door een strafbaar feit. Dit gaat altijd met opzet.

Gevolgen van derving

Door derving is er waardeverlies, hierdoor wordt de winst van het bedrijf lager. De mogelijke gevolgen van derving:

• waarde gaat omlaag;
  
• omzet is lager dan verwacht;
  
• de politie komt in het bedrijf;
  
• onderling wantrouwen;
  
• medewerkers voelen zich niet veilig;

Gevolgen van derving

Door derving is er waardeverlies, hierdoor wordt de winst van het bedrijf lager. De mogelijke gevolgen van derving:

• de voorraad is minder groot;
  
• ondernemer raakt gedemotiveerd;
  
• verzekeringsmaatschappij laat premie stijgen;
  
• er worden extra kosten gemaakt om derving te voorkomen.

Dervingbestrijdingsplan

Dervingbestrijdingsplan = een plan met maatregelen om derving te bestrijden.

Maatregelen om niet-criminele derving te voorkomen.

• First in - first out

Maatregelen om criminele derving te voorkomen

• Beveiliging
• Tassencontrole

                                                             

Vervoersdocumenten

De transporteur heeft informatie nodig voor het vervoer. Deze informatie staat op het vervoersdocument.

Een veelgebruikt document is de vrachtbrief. Deze bestaat uit:

Het rode vel = bestemd voor de afzender.

Het blauwe vel = voor de geadresseerde.

Het groene vel = voor de vervoerder.

Opdrachten maken

Ga naar bladzijde 101 van je boek en lees de tekst door

Beantwoord vraag 5.01 - 5.04 op bladzijde 101 t/m 107 in je boek

Je krijgt een koptelefoon om de filmpjes te kijken (E-book)

Tijdens het maken van de opdrachten is het stil

Steek je vinger op als je een vraag hebt!

Klaar? Kijk de opdrachten na met het E-book

Ga daarna verder met deelopdracht 5.02 

Welk van de onderstaande documenten is bedoeld voor vervoer over de weg?

1. Picklijst
2. Intern bestelformulier
3. Vrachtbrief
4. Pakbon

Een andere naam voor een vervoerder

1. Magazijn
2. Logistiek
3. Transporteur
4. Vrachtwagenchauffeur

Wat heb je deze les geleerd?

Terugblik

Wat heb je geleerd?

• De oorzaken van derving
• Het onderscheid tussen niet-criminele en criminele derving
• Gevolgen van de niet-criminele derving
• Gevolgen van de criminele derving
• Maatregelen toepassen om derving te voorkomen
• Het vervoersdocument vrachtbrief

Vooruitblik

De volgende les gaat over hoofdstuk 5: Pakbon

Huiswerk voor de volgende les: opdracht 5.01 t/m 5.04

Sluit je computer af. Het boek blijft op de afdeling E&O. 

Vergeet je stoel niet aan te schuiven als de bel gaat. 

Bedankt voor je aandacht!

Deze les was...