Cursus 4.1 elk doet zijn werk

Cursus 4.1 elk doet zijn werk
1 / 31
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Cursus 4.1 elk doet zijn werk

Slide 1 - Slide

secundaire sector

Slide 2 - Mind map

tertiaire sector

Slide 3 - Open question

primaire sector

Slide 4 - Mind map

Beroepen in de handel en het vervoer horen bij de………………
A
Tertiaire sector
B
Primaire sector
C
Secundaire sector

Slide 5 - Quiz

Beroepen in de landbouw en de visserij horen bij de………………..
A
Tertiaire sector
B
Primaire sector
C
Secundaire sector

Slide 6 - Quiz

Beroepen in de bouw en industrie horen bij de………….
A
Tertiaire sector
B
Primaire sector
C
Secundaire sector

Slide 7 - Quiz

Beroepen in het onderwijs en de overheid horen bij de……………….
A
Tertiaire sector
B
Primaire sector
C
Secundaire sector

Slide 8 - Quiz

In arme landen werken veel mensen in de dienstensector.
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Water verkopen, schoenen poetsen, spullen sjouwen, enzovoort. Het gaat niet om echte beroepen. Hoe noem je deze sector:
A
dienstensector
B
industriesector
C
landbouwsector
D
vluchtsector

Slide 10 - Quiz

Veel Nederlandse fabrieken zijn verhuisd naar landen in Australië.
A
juist
B
onjuist

Slide 11 - Quiz

De lonen in Nederland daalden steeds, waardoor de kosten voor fabrieken te hoog werden.
A
juist
B
onjuiat

Slide 12 - Quiz

De baas van een meubelfabriek werkt in de:
A
tertiaire sector
B
primaire sector
C
secundaire sector

Slide 13 - Quiz

De baas van een meubelwinkel werkt in de:
A
tertiaire sector
B
primaire sector
C
secundaire sector

Slide 14 - Quiz

Welke sector vormt de groep van: landbouw- en visserijberoepen, waarbij producten uit de natuur worden gehaald:
A
tertiaire sector
B
primaire sector
C
secundaire sector

Slide 15 - Quiz

Welk begrip hoort bij: “het doel is om winst te maken”.
A
commercieel
B
werkgelegenheid
C
primaire sector
D
tertiaire sector

Slide 16 - Quiz

De groep van industrieberoepen en ambachten waarbij producten worden gemaakt is de:………
A
primaire sector
B
secundaire sector
C
tertiaire sector

Slide 17 - Quiz

Als machines en computers het werk van mensen overnemen, noem je dat….
A
industrie
B
ICT
C
fabriek productie
D
automatisering

Slide 18 - Quiz

Alle mensen die werken en opzoek zijn naar werk noem je
A
dienstensector
B
industrie
C
beroepssector
D
beroepsbevolking

Slide 19 - Quiz

Hoe noem je alle banen samen:
A
beroepsbevolking
B
werkgelegenheid
C
industriesector
D
beroepssector

Slide 20 - Quiz

Als lid van de beroepsbevolking hoor je bij de landbouw- industrie of dienstensector. Dit zijn: ….....
A
fabrieken
B
Agrarische sectoren
C
beroepssectoren
D
beroepen

Slide 21 - Quiz

Een werkloze tandarts, een boer en een lasser horen bij de.....
A
Beroepsbevolking
B
beroepssectoren
C
Agrarische sector
D
Industriesector

Slide 22 - Quiz

Elke dag gaat die garnalenvisser het water op. Hij werkt in de:…...........
A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector

Slide 23 - Quiz


Een lasser last de onderdelen van een schip aan elkaar. Hij werkt in de:…...............​

A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector

Slide 24 - Quiz

Een akkerbouwer rijdt met zijn trekker naar zijn boerderij. Hij werkt in de........
A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector

Slide 25 - Quiz

In een moderne fabriek zet een man een tv in elkaar met behulp van robots. Welk begrip past hier het beste bij?
A
industrie
B
automatisering
C
fabriek productie
D
ICT

Slide 26 - Quiz

Volgens de minister van economische zaken is er nog veel werkloosheid. Het gaat dus niet goed met de....................
A
commerciële beroepen
B
secundaire sector
C
Automatisering
D
werkgelegenheid

Slide 27 - Quiz

Mijn vader werkt in een fabriek waar hij piano's maakt. Hij werkt dus in de:….....
A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector

Slide 28 - Quiz

Waar werken de meeste mensen in Nederland?
A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector

Slide 29 - Quiz

Waar werken de minste mensen in Nederland?
A
primaire sector
B
tertiaire sector
C
secundaire sector

Slide 30 - Quiz

Welke bewering klopt?
A
de beroeps bevolking is werkgelegenheid plus de werklozen.
B
De beroeps bevolking is hetzelfde als de werkgelegenheid
C
De Werkgelegenheid is altijd groter dan de beroepsbevolking.
D
De Werkgelegenheid is de broepsbevolkings plus de werklozen.

Slide 31 - Quiz