This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom!
Ga zitten volgens de plattegrond
Pak je spullen en iPad erbij
Login bij LessonUp
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen?
- Korte voorkennis
- Uitleg 3.2
- Huiswerk vragen?
- Zelfstandig werken
Slide 2 - Slide
Hoofdstuk 3 Stoffen
Paragraaf 3.2
Veiligheid en milieu
Slide 3 - Slide
Een steentje van 10 cm3 heeft een massa van 20 gram. Wat is de dichtheid?
A
30 g/cm3
B
200 g/cm3
C
0,5 g/cm3
D
2 g/cm3
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Video
Leerdoelen
Je leert welke gevaren stoffen kunnen hebben voor mensen en voor het milieu.
Je kent enkele veiligheidspictogrammen.
Je kunt uitleggen wat recyclen en hergebruik is.
Slide 6 - Slide
Gevaarlijke stoffen
Slide 7 - Slide
Veiligheids-pictogrammen
Hebben een rode rand in de vorm van een diamant/ruit.
Slide 8 - Slide
Reinigingsmiddelen
Schoonmaakmiddelen kunnen ook gevaarlijk zijn. Bleekwater met chloor is irriterend en bijtend en spiritus is licht ontvlambaar. Op schoonmaakmiddelen zie je daarom ook pictogrammen staan.
Slide 9 - Slide
Niet-officiële pictogrammen
Niet mengen.
Deze stof niet in combinatie met andere stoffen gebruiken.
Slide 10 - Slide
Wat betekent dit pictogram
A
ontvlambaar
B
corrosief
C
explosief
D
schadelijk
Slide 11 - Quiz
Wat betekent dit pictogram
A
giftig
B
corrosief
C
milieugevaar
D
schadelijk
Slide 12 - Quiz
Dosis
De hoeveelheid die je van een stof binnenkrijgt heet de dosis. Bij een te kleine dosis werken (bijv.) medicijnen niet goed.
Bij een te grote dosis kunnen medicijnen schadelijk voor je lichaam zijn.
Slide 13 - Slide
Dosis
Slide 14 - Slide
Hergebruik of recycling
Hergebruik: gebruik je producten in hun eigen functie opnieuw.
Recycling: geef je oude producten een nieuwe functie. Dus van oude plastic flessen worden nieuwe elektriciteitsbuizen gemaakt.
Slide 15 - Slide
Voordeel hergebruik & recycling?
schonere wereld;
daling van afval & afvalkosten;
minder nieuwe grondstoffen nodig;
minder aardolie nodig;
minder landbouwgrond nodig (meer ruimte voor voedsel productie);
daling uitstoot van broeikasgassen.
Slide 16 - Slide
*Grondstoffen
Grondstoffen zijn nodig om producten te maken. Denk hierbij aan ijzer, graan, olie, etc.
Vroeger (en ook nu nog) werd niet afbreekbaar afval weggegooid en/of verbrand. Dit is ontzettend zonde, want dan vergaat het.
Grondstoffen zijn gelimiteerd. Een circulaire economie is daarom het streven. Hier worden alle grondstoffen hergebruikt/gerecycled. Tijdens de productie wordt hier ook al rekening mee gehouden.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Huiswerk vragen
Slide 19 - Slide
Aan de slag!
Maken:
HAVO:
21, 23, 25, 26, 28, 34, 35
VWO:
21, 23, 25, 26, 28, 34, 35
Klaar? Boek lezen
timer
10:00
Slide 20 - Slide
Leerdoelen
Je leert welke gevaren stoffen kunnen hebben voor mensen en voor het milieu.