- Informeren: de schrijver beoordeelt gegevens niet, maar verstrekt ze alleen
- Opiniëren: de schrijver wil de lezer aan het denken zetten en hem een eigen mening laten vormen
- Overtuigen: de schrijver wil dat de lezer zijn mening overneemt
- Activeren: de lezer moet iets gaan doen
- Amuseren: de schrijver wil dat de lezer geniet van zijn tekst (of vermaakt wordt)