2.3 Balansmethode

Goedemorgen!
vorige week vrijdaghebben we een start gemaakt met de balansmethode.

Ik kan aangeven hoeveel een zakje of een blokje weegt op de balans.

Vandaag ga je leren hoe je dit goed opschrijft in een som
1 / 14
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Goedemorgen!
vorige week vrijdaghebben we een start gemaakt met de balansmethode.

Ik kan aangeven hoeveel een zakje of een blokje weegt op de balans.

Vandaag ga je leren hoe je dit goed opschrijft in een som

Slide 1 - Slide

Als iets in balans is dan.....
A
is het aan twee kanten gelijk
B
Is er een verschil

Slide 2 - Quiz

Deze Lessonup
Je werkt deze lessonup op je eigen tempo zelfstandig door:

-Lesdoel
-Even terugkijken: opdracht 38
-Filmpje met uitleg
-Aan de slag

Slide 3 - Slide

Lesdoel
Ik kan de stappen van de balansmethode goed opschrijven.


Extra uitdaging:
Ik kan alle opdrachten die ik tijdens de Lessonup krijg goed oplossen

Slide 4 - Slide

Maak opdracht 38
38a: tel de gewichtjes aan de rechterkant

38b: Haal aan de rechterkant 5 gewichten weg.
Hoeveel heb je er over?

38c: de gewichten zijn verdeeld over 2 blokjes. De blokjes wegen evenveel. Deel de gewichten door 2. Hoeveel kilogram weegt 1 blokje? (tel de gewichten aan de rechterkant)

Slide 5 - Slide

Filmpje
Het filmpje op de volgende dia legt uit hoe je de tussenstappen van een vergelijking goed opschrijft.

Bekijk het filmpje goed, tussendoor krijg je namelijk .

Slide 6 - Slide

3

Slide 7 - Video

00:47
Lees de b als blokjes:
Wat staat er aan de linkerkant op de balans bij 3b + 1 = 7
A
3 blokjes
B
3 blokjes en 7 gewichten
C
8 gewichten
D
3 blokjes en 1 gewicht

Slide 8 - Quiz

01:43
We halen aan beide kanten 1 gewichtje eraf.
Hoeveel gewichten hebben we rechtsover?
A
8
B
7
C
6
D
5

Slide 9 - Quiz

02:12
Vul in op je rekenmachine:
3 x 2 + 1
Klopt het dat de uitkomst 7 is?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

De balansmethode opschrijven
Je start met de vergelijking.
1. Haal alle losse getallen (zonder een letter erbij) aan de linkerkant weg. Als je het aan de linkerkant weghaalt doe je dat rechts ook (het moet in balans blijven)
Schrijf wat je eraf haalt onder de vergelijking
2. Deel beide kanten door het getal wat voor de letter staat.
Schrijf op door welk getal je deelt (kijk hiernaast voor een voorbeeld)
3. schrijf de oplossing op als:
b = 2
Zorg ervoor dat je bij de opdrachten die je dadelijk gaat maken ook de tussenstappen opschrijft. Alleen je antwoord is niet goed!

Slide 11 - Slide

Aan de slag
Wat? Maak opdracht 41, 42, 43ab en 44ab
Hoe? je mag muziek opzetten als je oortjes in doet.
Hulp? Op de volgende dia staat nog een filmpje met een extra voorbeeld. Bij vragen kun je je hand opsteken
Klaar? Ga door naar de laatste dia van deze Lessonup.

Slide 12 - Slide

0

Slide 13 - Video

Je bent klaar met de les.
Klik aan wat je gaat doen
A
Nakijken via de laptop
B
Iets voor mezelf op de laptop
C
Iets voor een ander vak

Slide 14 - Quiz