flexuur

Deutsch
1 / 23
next
Slide 1: Slide
coachMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Deutsch

Slide 1 - Slide

persoonlijke voornaamwoorden

Slide 2 - Slide

vertaal in het Duits:
u
jij
hij
jullie

Slide 3 - Open question

ik
jij
hij
zij

du

ich

sie

er

Slide 4 - Drag question

Ich ..............Hunger!
A
habbe
B
habe
C
hast
D
hat

Slide 5 - Quiz

(haben) ..............du Hausaufgaben?
A
habe
B
habbe
C
hast
D
hat

Slide 6 - Quiz

Er (haben) .....................nie Zeit!
A
hat
B
hast
C
habe
D
habbe

Slide 7 - Quiz

Max (haben) ..................eine Schwester.
A
hast
B
habe
C
haben
D
hat

Slide 8 - Quiz

Ich (sein) .........krank.
A
ist
B
bin
C
bist
D
seid

Slide 9 - Quiz

(sein) .................du fünfzehn Jahre alt?
A
bint
B
ist
C
bist
D
sind

Slide 10 - Quiz

(sein) ................ihr in der Schule?
A
sind
B
seid
C
ist
D
bist

Slide 11 - Quiz

Frau Janssen, (sein) ...........Sie verheiratet?
A
sein
B
seid
C
sind
D
seint

Slide 12 - Quiz

Welke werkwoord is het lastigste?
haben
sein

Slide 13 - Poll

Slide 14 - Slide

Hoe kun jij het werkwoord leren?

Slide 15 - Mind map

Schrijf in het Duits:
twee
zeven
tien
twaalf

Slide 16 - Open question

voltooid deelwoord van kaufen
A
kauft
B
gekauft
C
gekaufd
D
kaufdt

Slide 17 - Quiz

voltooid deelwoord van
studieren
arbeiten
wohnen

Slide 18 - Open question


Toetsen: 

Leertoets: dagen, rangtelwoorden
                    woorden
                    am-im-um
                    voltooid deelwoord    ge ....wohn .....t

schrijftoets
kijk/luistertoets




Slide 19 - Slide

Wat is een valkuil met leren voor een toets?
A
De leerstof alleen overlezen
B
De laatste avond beginnen met leren
C
Alles in 1 x leren
D
alleen tijdens de les op school leren

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Eigen keuze: Wat is jou leerdoel?

A) Werkwoorden haben/sein leren
B) Woorden overschrijven,  leren en oefentoets maken
C) Getallen overschrijven, leren en oefentoets maken
D) Opdrachten maken in de digitale methode:
    Lektion 4, Aufgabe 10, 11, 12, 13
    Lektion 5, Aufgabe  7, 8, 9

Rood = ich habe eine Frage
    
timer
10:00

Slide 22 - Slide

der-die-das
m      der
v        die
o       das
mv    die

-> woorden invullen
-> Großbuchstabe
-> Schrijf in je schrift + vertaling

Slide 23 - Slide