Welke vragen waren "lastig"? We bespreken van B3 vraag 3 en 9 en B4 vraag 5, 6 en 10 klassikaal.
Problemen met de andere vragen
Dan help ik je individueel tijdens het maken van de opdrachten.
Slide 3 - Slide
Ribademhaling heet ook wel
A
Middenrifademhaling
B
Borstademhaling
Slide 4 - Quiz
Bij welke soort ademhaling hebben de tussenribspieren geen functie?
A
borstademhaling
B
buikademhaling
C
combi borst- en buikademhaling
D
ribademhaling
Slide 5 - Quiz
Bij ribademhaling in-ademen gebeuren er de volgende dingen. 1 de borstholte wordt groter- 2 de longen worden groter- 3 de lucht stroomt naar binnen- 4 de ribben en het borstbeen bewegen omhoog. Zet dit in de juiste volgorde
A
1-4-3-2
B
2-3-4-1
C
3-2-1-4
D
4-1-2-3
Slide 6 - Quiz
Bij welke adembeweging beweegt de buikwand naar voren?
A
Bij inademing door middel van ribademhaling.
B
Bij inademing door middel van middenrifademhaling.
C
Bij uitademing door middel van ribademhaling.
D
Bij uitademing door middel van middenrifademhaling.
Slide 7 - Quiz
Leerdoelen voor deze week.
-Je kunt omschrijven wat het ademvolume, de vitale capaciteit en het longvolume is.
Voor mavo ook:
-Je kunt uitleggen dat planten bij de fotosynthese energie vastleggen in glucose.
-Je kunt uitleggen dat bij verbranding van glucose energie vrijkomt.
Slide 8 - Slide
-Je kunt omschrijven wat het ademvolume, de vitale capaciteit en het longvolume is.
- Ademvolume = hoeveelheid lucht die per rustige ademhaling wordt in- of uitgeademd
- Vitale capaciteit = hoeveelheid lucht die maximaal per ademhaling kan worden in- of uitgeademd
- Longvolume = het restvolume en de vitale capaciteit bij elkaar, dus totale hoeveelheid hoeveel lucht er in je longen zit na hele diepe inademing
Slide 9 - Slide
-Je kunt omschrijven wat het ademvolume, de vitale capaciteit en het longvolume is.
-Rest volume:
hoeveelheid
lucht die in je longen
achter blijft na een
diepe uitademing.
Slide 10 - Slide
Hoeveelheid lucht die bij een rustige ademhaling wordt in- of uitgeademd
Deel van je ademhalingsstelsel waarvan de lucht niet de longblaasjes bereikt (ongeveer 150ml)
Hoeveelheid lucht die in de longen achterblijft na zo diep mogelijke uitademing
Hoeveelheid lucht die maximaal per ademhaling kan worden in- of uitgeademd
Totale inhoud van de longen
Vitale capaciteit
Ademvolume
Restvolume
Dode ruimte
Longvolume
Slide 11 - Drag question
1
5
6
7
Vitale capaciteit
Ademvolume
Restvolume
Longvolume
Slide 12 - Drag question
-Je kunt omschrijven wat het ademvolume, de vitale capaciteit en het longvolume is.
Hoeveel liter? (volwassen persoon)
Longvolume = aantal liter lucht in de longen (ongeveer 5 - 6 L)
Ademvolume = aantal liter lucht bij normale ademhaling (0,5 L)
Vitale capaciteit = aantal liter lucht bij maximale ademhaling (3,5 - 4,5 L)
Restvolume = lucht die altijd achter blijft in de longen (1,5 L)
Dode ruimte = lucht die bij ademhaling niet in longen komt (150 mL)
Longvolume = vitale capaciteit + restvolume
Slide 13 - Slide
timer
10:00
Leerdoelen:
-Je kunt omschrijven wat het ademvolume, de vitale capaciteit en het longvolume is.
Voor mavo ook:
-Je kunt uitleggen dat planten bij de fotosynthese energie vastleggen in glucose.
-Je kunt uitleggen dat bij verbranding van glucose energie vrijkomt.
Kun je bereiken door:
-Te lezen / bestuderen de tekst van leren onderzoeken 3, de samenhang en mavo ook B5 .
-Te maken: leren onderzoeken 3, de samenhang en mavo ook B5
-Te doen: practica 8 en 9.
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.
-Je kennis te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.
Eerst 10 minuten zelf in stilte,
daarna mag je overleggen.
Laatste 3 minuten nog een paar (2) vragen via lessonup.
Slide 14 - Slide
Afsluiting.
Wat nog niet af is van de studiewijzer van deze week is huiswerk voor de 1e bio les van volgende week (maandag).
Slide 15 - Slide
De hoeveelheid lucht die je in rust uitademt noemen we