1D vr 3 juni 2022 blokuur

Les devoirs pour le 9 juin








Programme: verbes - corriger - réviser voca - ch5 gr H - corriger - jeu
Wat kun je nu doen?
- hw noteren in je agenda
- Maak ex. 10a blz 134 (chapitre 8)
Faire (maken/doen)
- geen maakwerk

Apprendre (leren)
- Leren: grammaire H chapitre 5 (bijvoeglijk naamwoord)

- Herhalen: grammaire D chapitre 5 (passé composé)
- Herhalen: grammaire D (vraag stellen/vraagwoorden) & H (aller/futur proche)
- Herhalen: voca ABE van chapitre 5
1 / 14
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Les devoirs pour le 9 juin








Programme: verbes - corriger - réviser voca - ch5 gr H - corriger - jeu
Wat kun je nu doen?
- hw noteren in je agenda
- Maak ex. 10a blz 134 (chapitre 8)
Faire (maken/doen)
- geen maakwerk

Apprendre (leren)
- Leren: grammaire H chapitre 5 (bijvoeglijk naamwoord)

- Herhalen: grammaire D chapitre 5 (passé composé)
- Herhalen: grammaire D (vraag stellen/vraagwoorden) & H (aller/futur proche)
- Herhalen: voca ABE van chapitre 5

Slide 1 - Slide

les verbes
être
avoir
aller

Slide 2 - Slide

Corriger ex 10b 11b

Slide 3 - Slide

10b

  1. Vera (=elle) va déménager
  2. je vais travailler
  3. nous allons habiter
  4. vous allez aimer
  5. on va manger
  6. tu vas aller
11b

  1. comment
  2. qui
  3. comment
  4. quand
  5. pourquoi

Slide 4 - Slide

corriger ex. 10a ch8
kun je zelf opzoeken

zie blz 158


Slide 5 - Slide

Chapitre 5
Grammaire H
Bijvoeglijk naamwoord

Slide 6 - Slide

Schrijf de antwoorden op in je schrift
  1. Ma mère est petit/petite/petits.
  2.  Richard et Michel sont blond/blonds/blondes.
  3. Ce sont des T-shirts (m) noire/noirs/noires.
  4. Paul est calme. Pauline est ....
  5. Victor a les cheveux gris. Victoria a les cheveux ...
  6. Ma tante est (vieux).
  7. Ils sont (beau).

Slide 7 - Slide

Schrijf de antwoorden op in je schrift
  1. Ma mère est petite.
  2.  Richard et Michel sont blonds.
  3. Ce sont des T-shirts (m) noirs.
  4. Paul est calme. Pauline est calme.
  5. Victor a les cheveux gris. Victoria a les cheveux gris.
  6. Ma tante est vieille.
  7. Ils sont beaux.

Slide 8 - Slide

Réviser le vocabulaire Chapitre 5
Zometeen:

  • klas gaat in een kring staan
  • 1 leerling heeft een boek en noemt een woord Fr/NL van CH5 bv. la maison
  • 1 van de leerlingen heeft een voorwerp in de hand (bv een gum)
  • degene met het voorwerp in de hand moet het vertalen --> als het goed is het voorwerp aan de volgende in de groep geven
  • als de muziek stopt, moet degene met het voorwerp in de hand gaan zitten als het fout is etc.

Slide 9 - Slide

ga weer zitten op je plaats

Slide 10 - Slide

Meeste fouten bij...
1/2/3 --> herhaal gr H blz 36 & maak ex. 5a blz 129

4/5/6/7 --> herhaal gr H blz 37/38 & maak ex. 5b blz 129

Je mag zelfstandig werken of meedoen met de klassikale uitleg
timer
10:00

Slide 11 - Slide

Les réponses

5a
1. élégante
2. blonds
3. grande
4. belle
5. vieux
5b

1. vert
2. grande
3. contente
4. vieille
5. méchants
6. belles
7. triste

Slide 12 - Slide

Qui est-ce?
  • Omschrijf iemand uit de klas --> schrijf de zinnen in je schrift
  • en français! :)
  •  gebruik het bijvoeglijk naamwoord
  • De klas mag raden wie het is

Slide 13 - Slide

Les devoirs pour le 9 juin








Programme: verbes - corriger - réviser voca - ch5 gr H - corriger - jeu
Wat kun je nu doen?
- hw noteren in je agenda
- Maak ex. 10a blz 134 (chapitre 8)
Faire (maken/doen)
- geen maakwerk
Apprendre (leren)
- Leren: grammaire H chapitre 5 (bijvoeglijk naamwoord)

- Herhalen: grammaire D chapitre 5 (passé composé)
- Herhalen: grammaire D (vraag stellen/vraagwoorden) & H (aller/futur proche)
- Herhalen: voca ABE van chapitre 5

Slide 14 - Slide