Les 2 Economie en de Wereld

Burgerschap

Economische Dimensie
Economie en de Wereld

1 / 35
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMBOStudiejaar 1

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Burgerschap

Economische Dimensie
Economie en de Wereld

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Excursie/ stage Marine
Op maandag 25 maart bestaat er een mogelijkheid om een excursie, met mogelijkheid om een stage te gaan lopen bij de Marine.
Dit geld voor alle 1ste jaars studenten.

Vertrekpunt is in Schiedam, Margriethal om 0730uur naar Den Helder.
Er is een bus geregeld en lunch.
Verdere info volgt als er namen van studenten bekend zijn.
We zoeken gemotiveerde studenten die interesse hebben in de Marine (een rijke ervaring voor op je CV).
Er kunnen maximaal 14 studenten mee.



Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Zuidblinkers
- Iedere maandag van 13 - 16 uur op LOCATIE
- I.p.v. de lessen LOB en SLB
- Aanwezigheid verplicht
--> leerplicht
--> LOB  - verklaring



Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Komende 2 weken?
Vakantie: van maandag a.s 19 februari - 25 februari 

en

Extra week geen school: van 26 febuari - 3 maart! 
--> heb je iets in te halen / af te maken / vooruit werken? Doe dat!

4 maart: start school met Zuidblinkers - Waar? 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Wat is jou in het nieuws de afgelopen week het meeste opgevallen?
timer
3:00

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

- Leerdoelen van deze week
- Terugblik Nederlandse Economie
- Theorie over de Wereldeconomie
- Opdrachten maken Generation 24/7
- Afsluiting en evaluatie

Slide 8 - Slide

This item has no instructions



Aan het einde van deze les:

- ben je je bewust van jouw consumentengedrag en kan je dit koppelen aan de marktwerking. 

- kan je uitleggen hoe vraag en aanbod de prijs van en product of dienst bepalen. 

- de student begrijpt hoe de kloof tussen arm en rijk is ontstaan en groter wordt. 

Zodat je je bewust bent van jouw rol als consument en de keuzes die je hebt.  


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Globalisering

Door globalisering is de wereld veel kleiner geworden; 

Producten uit andere landen zijn makkelijk te verkrijgen;
 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

https://www.rtlnieuws.nl/economie/artikel/5427420/asml-export-verbod-chipmachines-euv-duv-handelsoorlog-china-vs
Wat moet Nederland/ Europa doen? Kant kiezen of niet? En waarom?

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Vrijhandel (handel zonder belemmeringen) is goed voor de economie. 

Nederland is als handelsland gebaat bij vrije handel. Wij exporteren meer dan we importeren.

Maar er zitten voor en nadelen aan globalisering! 


Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Economie en de wereld

Door globalisering is het aanbod van producten en diensten groter geworden. 

Als een consument meer keuzes heeft - is er meer concurrentie tussen producenten.


Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Concurrentie
Voordeel: 
*goedkopere en betere producten
*consumenten kunnen meer kopen
Nadeel: 
*minder aandacht voor ethische normen (bijv.  goedkope arbeid/ producten uit China slecht voor milieu). 
*sommige bedrijven hebben zo'n voorsprong en zijn daardoor zo groot geworden dat er sprake is van een monopoliepositie. 

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Monopolie = slecht voor consument
- de verkoper kan de prijs bepalen, want de koper heeft geen keuze
- de verkoper wordt niet "gedwongen" om zijn product te verbeteren

- natuurlijke monopolies: zo gegroeid of ontstaan (bijv. Prorail, Facebook)
- illegale monopolies: prijsafspraken / fusies en overnames

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Frightful Five
Google kreeg een boete van 2,4 miljard van de Europese Unie omdat zij haar eigen diensten voorrang geeft in de zoekresultaten (dat beperkt de toegang tot de markt voor anderen en dat mag niet).

Facebook, Apple, Google, Microsoft, Amazon: zijn zo groot geworden dat concurrentie door anderen feitelijk onmogelijk is. 


Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Marktwerking
Marktwerking = "de wet van vraag en aanbod"

Vraag
Een product wat minder gewild is (minder vraag), is goedkoper (de verkoper wil het wel kwijt).
Een product wat heel erg gewild is (veel vraag), is duurder (de verkoper kan het makkelijk kwijt, dus kan een hogere prijs vragen). 

Aanbod
Een zeldzaam product is duurder, dan een product waar er heel veel van zijn. 

Bedrijven met een monopolie positie, bepalen zelf de prijs en belemmeren de marktwerking. En dat is slecht voor jou en mij. 

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Marktwerking

- meer vraag dan aanbod = prijs stijgt (de verkoper kan kiezen aan wie die verkoopt)
- meer aanbod dan vraag = prijs daalt (de verkoper moet zijn best doen zijn producten te verkopen).

In dit systeem is er concurrentie tussen verkopers. 
Dat is goed voor de consument (betere kwaliteit, goedkoper).

Wereldhandel: grotere markt, meer concurrentie en dus goed voor jou en mij.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Vraag kan verdwijnen: "kodak momentje"
- bijvoorbeeld Blackberry, mp3 - speler, pinautomaat, cancelling?, morele eisen (vlees, vliegreizen)? 
--> Prijzen dalen. 

Aanbod kan veranderen (tekort):
- bijvoorbeeld Gas door oorlog van Rusland, Chinese onderdelen door handelsoorlog? Olie door conflict in het midden - oosten? 
--> Prijzen stijgen.

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Voor verkopers is het dus interessant: 

- meer vraag te realiseren (meer verkopen): reclame, influencing, hype.
- het aanbod te verminderen/ tekort creëren (prijs stijging): "drop", bijzondere samenwerkingen, minder produceren

Evenwicht gecreëerd door concurrentie. Noodzakelijk ter bescherming van consument. 

Marktwerking kan niet zonder concurrentie. 

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Economische systemen
Kapitalisme: de marktwerking (vraag/ aanbod) bepaalt de prijs van de producten. Gericht op groei en winst. Zorgt voor goede producten tegen betaalbare prijs
Gevolg? Het is nooit genoeg, iedereen wil meer meer meer.. (mensen ongelukkiger en slecht voor milieu)

Communisme: Burger/ consument beschermt door de overheid (ipv door concurrentie en marktwerking). Iedereen verdient hetzelfde (de vraag is  gecontroleerd) en de overheid bepaalt wat er geproduceerd wordt (aanbod gecontroleerd). Geen concurrentie.
Gevolg? Tekorten aan voedsel en kleding --> geen reden om te werken, je best te doen. 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Nederland heeft geen zuiver kapitalistisch systeem: 
* regels, subsidies en bijdragen om beschikbaarheid van noodzakelijke goederen en diensten te garanderen. Bijvoorbeeld:
- onderwijs
- zorg
- medicijnen
- cultuur
- energie
- onafhankelijke media (NPO)
- telecom (glasvezel)
- post.nl

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Met geld maak je geld

Als je geld hebt kan je investeren (bijvoorbeeld een huis kopen, beleggen): daar verdien je meer mee dan met werken. En dan koop je twee huizen, etc. 

Werk: zit een maximum aan, je hebt maar 2 handen en maar 24 uur in een dag. 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Hoe hoog is het minimumloon in 2024 voor iemand van 21+ jaar
A
EUR 2.069,40 bruto per maand
B
EUR 2.315,50 bruto per maand
C
EUR 1921,00 bruto per maand
D
EUR 1738,50 bruto per maand

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Hoeveel verdient de gemiddelde Nederlander per maand?
A
EUR 3.500 bruto per maand
B
EUR 4.500 bruto per maand
C
EUR 4.000 bruto per maand
D
EUR 3.250 bruto per maand

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Ongelijkheid in rijkdom
Er is geen gelijke verdeling in rijkdom. 
Rijke mensen worden steeds rijker. 
De kloof tussen arm en rijk wordt groter.
Maar ook: de armsten krijgen het wel beter (grotere wereldeconomie?). 

In de natuur wordt er gejaagd op de leider.
Dat geldt in de economie niet?   

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Voormalige koloniën
Zijn op achterstand gekomen door vroegere overheersing. 
- geen investeringen gedaan (niet in mensen (onderwijs), infrastructuur en economie).
- opbrengst van natuurlijke grondstoffen naar moederland. 
- geen stabiele overheid (slecht voor economische vooruitgang, mensen willen niet investeren in het land)

Lastig om in te halen, omdat de rest van de wereld verder ontwikkeld. 

"Rijke" landen hebben afgesproken om 0,7% van wat er verdiend wordt in het land te schenken aan "ontwikkelingshulp". 

In 2018 heeft Nederland 4,76 miljard euro aan ontwikkelingshulp gegeven, dat is 0,61%   van het inkomen. 
Zweden en Luxemburg geven het meeste (circa 1%), Oost - Europese landen het minste (circa 0,1%).

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Kan jij een voordeel noemen van globaliseren (meer handel met het buitenland)?

Slide 30 - Mind map

- armen krijgen het beter - grotere wereldeconomie
- meer concurrentie, goed voor consument (betere producten, goedkoper)
- meer technologische ontwikkeling

Kan jij een nadeel noemen van globaliseren (meer handel met het buitenland)?

Slide 31 - Mind map

- ratrace meer meer meer, mensen ongelukkiger
- slecht voor milieu
- kwetsbaar want afhankelijke van andere landen (vb medicijnen)
- verlies laaggeschoolde banen,
- concurrentie is slecht voor morele normen en arbeidsomstandigheden personeel,
Schema Zelf werken!
Wat moet je doen?
Opdrachten Economie en de wereld (zie planner of Canvas)
Hoe moet je het doen?
Bekijk de video's, lees de teksten, zoek op wat je niet weet en vorm een mening. 
Hoeveel tijd heb je ervoor?
Tot 5 minuten voor het einde van de les
Hulp vragen aan?
Docent, lesmateriaal, AI, google, maar geef jouw eigen mening!
Wat als je eerder klaar bent?
Voor een bonuspunt: Kies een van de 4 portfolio opdrachten uit het onderwerp Economie en de wereld (lesmateriaal - economische dimensie - portfolio-opdrachten).
Zelf werken: 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen behaald?


- ben je je bewust van jouw consumentengedrag en kan je dit koppelen aan de marktwerking?
- kan je uitleggen hoe vraag en aanbod de prijs van en product of dienst bepalen?
- de student begrijpt hoe de kloof tussen arm en rijk is ontstaan en groter wordt?
En? 


Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Tot de volgende keer! 

Dan hebben we het over: 

De Rol van de Overheid! 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Slide 35 - Slide

This item has no instructions