MC T3A All Right hh 3.4, new 3.5 & irregular vergs

English M3: Unit 3.3 & 3.4 & 3.5
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

English M3: Unit 3.3 & 3.4 & 3.5

Slide 1 - Slide

This class:
- Looking back at Unit 3.3: do you know the words and grammar?

- 3.3 Leerdoel: Je weet de betekenis van Engelse woorden rondom het thema 'health’ en kunt ze gebruiken. 

- 3.3 Leerdoel: Je kent de zinnen (expressions) van Unit 3.3 en kunt ze gebruiken.

- Homework for next week: Unit 3.3 opdr. 1 t/m 10. Leer woordjes & grammar & irr. verbs

Slide 2 - Slide

Words Lesson 2 E-N
- Leerdoel: Je weet de betekenis van Engelse woorden rondom het thema ‘education’ en kunt ze gebruiken. 


Answer the following questions about the words from Lesson 2

Slide 3 - Slide

SOME & ANY
Betekenis: een paar, een beetje, wat, enkele
Maar wanneer gebruik je some en wanneer gebruik je any?

Slide 4 - Slide

SOME



ANY 
Gebruik je bij: 

- (+) Bevestigende zinnen;

- (?) Vragen waarbij je verwacht dat het antwoord "ja" is (een verzoek, aanbod, voorstel)

Would you like some coffee? 
I'd love some coffee.




Gebruik je bij: 

- (-) Ontkennende zinnen;

- (?) Vragen waarbij je het antwoord niet weet of verwacht dat het "nee" is.

There aren't any cookies left.
Are there any cookies left?

Slide 5 - Slide

SOME / ANY

They didn't make ... mistakes
A
some
B
any

Slide 6 - Quiz

SOME / ANY

I am going to buy ... flowers.
A
some
B
any

Slide 7 - Quiz

SOME / ANY

Those apples look nice! Shall we get ...?
A
some
B
any

Slide 8 - Quiz

iemand
ergens
iets
een beetje / wat
some
somewhere
anywhere
someone / somebody
anyone / anybody
anything
something

any

Slide 9 - Drag question

I've got __________ in my eye.
A
something
B
anything

Slide 10 - Quiz

There is ____ at the door.

A
someone
B
anyone
C
somebody
D
anybody

Slide 11 - Quiz

We haven’t heard ____ from Peter, is he ill?

A
something
B
anything

Slide 12 - Quiz

Can I have _________ to drink?
A
something
B
anything

Slide 13 - Quiz

Looking back;
I already know a lot of the English-Dutch words from Lesson 2. (fill in the 'leerdoelenkaart')
A
Yes, I do
B
Yes, I'm starting to learn them
C
No, I still don't know a lot of them
D
No, I still don't know any of them

Slide 14 - Quiz

maintenance
A
opslagruimte
B
goederen
C
arbeid
D
onderhoud

Slide 15 - Quiz

sustainable
A
onderhoud
B
duurzaam
C
onderhoud
D
vraag

Slide 16 - Quiz

labour
A
partij
B
logistiek
C
arbeid
D
voorbeeld

Slide 17 - Quiz

batch
A
katoen
B
factuur
C
partij
D
voorraad

Slide 18 - Quiz

You have to be quite strong to OPERATE this machine.

Slide 19 - Open question

The minimum WAGE is different in every country.

Slide 20 - Open question

This BRAND sells all kinds of snacks and crisps.

Slide 21 - Open question

Looking back;
I already know a lot of the English-Dutch words from Lesson 3 (fill in the 'leerdoelenkaart')
A
Yes, I do
B
Yes, I'm starting to learn them
C
No, I still don't know a lot of them
D
No, I still don't know any of them

Slide 22 - Quiz

2. Words Lesson 2 E-N
Leerdoel: Je weet de betekenis van Engelse woorden rondom het thema ‘health’ en kunt ze gebruiken. 

Lees de woordjes door van Unit 3, Lesson 3 (blz. 172)
Daarna kijken we of je al wat woordjes herkent. 
Maak opdr. 2, 4, 5, 6 & 9. 
Of: inzien schrijftoets

Slide 23 - Slide

This class:

- 3.3 Leerdoel: Je begrijpt wanneer je 'some...' of 'any...' moet gebruiken

- Homework for next week: 
Unit 3.3: maak opdr.  2, 4, 5, 6 & 9. Leer woordjes & grammar & irr. verbs
Unit 3.4: maak opdr. 5
Work on Book Poster

Slide 24 - Slide

Homework Monday 10 February
Homework:
- Finish Unit 3.3 ex. 2, 4, 5, 6 & 10 
& Unit 3.4 ex. 5
- learn words and expressions Unit 3 Lesson 3 (p. 172-173)
- learn the irregular verbs p. 190-191

Work on your Book Poster


Slide 25 - Slide