Leerdoelen
Aan de slag
Afsluiten
This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Aan het eind van deze les ..
.. weet je wat je nog lastig vindt.
Rechthoekige driehoek
Heeft een rechte hoek
(rechte hoek)
Gelijkbenige driehoek
Twee gelijke zijden
DF = EF
Twee gelijke hoeken
(basishoeken)
Lijnsymmetrisch
Gelijkzijdige driehoek
Alle zijden zijn even lang.
GH = HI = IG
Alle hoeken zijn even groot.
Lijn- en draaisymmetrisch
Een ruit is een bijzondere parallellogram, dus onderstaande eigenschappen gelden ook!!
En voor een ruit geldt ook nog ..
Gebruik de eigenschappen van soorten hoeken en vlakke figuren om een hoek te berekenen.
Let op hoeken berekenen is niet meten!! (Geen geodriehoek nodig!)
De drie hoeken van een driehoek zijn even groot als een gestrekte hoek. In elke driehoek zijn de hoeken opgeteld samen 180 graden!
Een driehoek teken
met een geodriehoek.
ZHZ en HZH
In een vierhoek zijn de hoeken opgeteld samen 360 graden! Je kunt namelijk twee driehoeken tekenen in een vierhoek.
WAT?
HOE?
WAAROM?
Maken extra oefening en 11.6 af!!
Kijk je werk na en verbeter het zo nodig!
Werk in stilte of
op fluistertoon.