This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 15 min
Items in this lesson
9.34 Oefenen rekenen met procenten
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Je krijgt 30 % korting op een trui van €120. Hoeveel euro korting krijg je? Wat vul je in rechts boven in de tabel?
A
30
B
70
C
120
D
130
Slide 3 - Quiz
Een brood kost normaal € 3 en is nu in de aanbieding voor € 2,25. Hoeveel procent korting krijg je ? Wat vul je in onder rechts in de tabel?
A
3
B
2,25
C
5,25
D
0,75
Slide 4 - Quiz
Je krijgt 60% korting op een vliegticket van € 150. Hoeveel moet je nu betalen ? Wat vul je in rechts boven in de tabel?
A
60
B
160
C
40
Slide 5 - Quiz
Een tuinlamp kost normaal € 18 en is nu in de aanbieding voor 8 euro. Hoeveel % korting krijg je ? Wat moet je rechts onder in de tabel zetten ?
A
18
B
8
C
10
D
26
Slide 6 - Quiz
Je krijgt 25 % korting op een pot witte verf van € 9. Hoeveel euro korting krijg je? Wat moet je rechts boven in de tabel opschrijven ?
A
25
B
125
C
75
Slide 7 - Quiz
Een magnetron kost normaal € 255 en is nu in de aanbieding voor € 168,30. Hoeveel procent korting krijg je nu ? Wat vul je rechts in onder in de tabel ?
A
255
B
168,30
C
423,30
D
86,70
Slide 8 - Quiz
Je krijgt 28 % korting op een reparatie van € 368. Wat wordt de nieuwe prijs? Wat vul je in rechts boven in de tabel?
A
28
B
72
C
128
Slide 9 - Quiz
De prijs voor een fiets wordt 15 % hoger. Wat wordt de nieuwe prijs? Wat schrijf je rechts boven in de tabel?